Vlaams

Uit Wikikids
⧼vector-jumptonavigation⧽ ⧼vector-jumptosearch⧽

Vlaams of Belgisch-Nederlands is een Nederlands dialect dat in Vlaanderen wordt gesproken. Het Vlaams wordt dus in het noorden van België gesproken. In Vlaanderen ziet men het Vlaams als eigen taal, hoewel het wetenschappelijk gezien onder het Nederlands valt. Hoewel er enige verschillen zijn tussen het Vlaams en Nederlands, gebruiken beide talen dezelfde schrijftaal en zijn ze onderling te verstaan.

Soms wordt het Vlaams als verzamelnaam gezien voor alle dialecten die in Vlaanderen gesproken worden. Dan worden ook het Limburgs, het Zeeuws, het Brabants en het West-Vlaams tot het Vlaams gerekend.

Verschillende betekenissen

Het woord "Vlaams" heeft eigenlijk meerdere betekenissen:

  • Het Belgisch-Nederlands (of Zuid-Nederlands); dit is de versie van het Nederlands die in Vlaanderen gesproken wordt. In dit geval gaat het om een dialect wat min of meer hetzelfde is door heel Vlaanderen en onder andere op televisie wordt gesproken. Het Vlaams is daardoor een tussentaal; een taal tussen de Vlaamse dialecten en het standaard-Nederlands in.
  • De dialecten uit de provincies Oost- en West-Vlaanderen en uit Zeeuws-Vlaanderen en Frans-Vlaanderen; deze vier gebieden vormden vroeger het graafschap Vlaanderen. Dit graafschap had dus andere grenzen dan wat we tegenwoordig Vlaanderen noemen. De dialecten uit de provincies Antwerpen, Vlaams-Brabant en Limburg vallen dan weer onder het Brabants of Limburgs.
  • De dialecten uit het huidige Vlaanderen. In deze betekenis vallen de dialecten uit Antwerpen, Vlaams-Brabant en Limburg wél onder het Vlaams, maar de dialecten uit Zeeuws-Vlaanderen en Frans-Vlaanderen weer niet.

Taalvariëteit

Het Vlaams wordt als taalvariëteit gezien. Dit betekent dat het Vlaams een versie is van het Nederlands, wat in Vlaanderen gesproken wordt. Om verwarring te voorkomen gebruiken taalkundigen vaak de woorden "Belgisch-Nederlands" of "Zuid-Nederlands". Toch gebruiken de meeste mensen het woord "Vlaams".

Wat is een tussentaal?

Het Vlaams is een tussentaal. Een tussentaal is een versie van een taal die tussen een dialect en standaardtaal in zit. De tussentaal is zowel door de standaardtaal als de dialecten beïnvloed. Het Vlaams is een voorbeeld hiervan, aangezien het zowel door de Vlaamse dialecten als het standaard-Nederlands beïnvloed is. Zo komen in het Vlaams enkele woorden en uitdrukkingen uit dialecten voor, maar komt de geschreven taal vrijwel volledig uit het standaard-Nederlands.

Het Vlaams als tussentaal wordt meestal gebruikt in de Vlaamse media, zoals op radio en televisie. Ook spreken Vlamingen vaak met familie en vrienden in de tussentaal, maar gebruiken soms ook hun eigen dialect. Hierbij hangt het van de setting en of de andere sprekers het dialect verstaan. In Nederland wordt het woord "Vlaams" vaak gebruikt voor de tussentaal.

In Vlaanderen gebruikt men vaak Verkavelingsvlaams of Soapvlaams om de Vlaamse tussentaal aan te duiden.

Geschreven taal

Het Nederlands heeft slechts één geschreven taal. Er zijn hierdoor geen verschillen in spelling tussen de verschillende variëteiten van het Nederlands. Met andere woorden, de spelling van het Nederlands in België, Nederland en Suriname vrijwel precies hetzelfde. De grote verschillen zitten daarom vooral in de gesproken taal en woordenschat.

Woordenschat

Qua woordenschat kunnen er wel enkele verschillen zijn tussen het Nederlands-Nederlands en Belgisch-Nederlands. Zo zijn bepaalde woorden iets anders (en hebben ook een andere uitspraak). Een voorbeeld is het woord recyclen (uitspraak in het Engels; Riesijkuhluhn), wat in het Vlaams als recycleren (uitspraak reesiekleeruhn) wordt geschreven.

Daarnaast zijn er woorden die volledig anders zijn. Deze verwijzen voornamelijk naar alledaagse dingen, zoals "frigo" (koelkast), "autostrade" (snelweg), "appelsien" (sinaasappel), "frieten" (friet/patat) en "gsm" (mobiele telefoon). Ook gebruiken Vlamingen over het algemeen meer Franse leenwoorden dan Nederlanders.

Ook kunnen zegwijzen, spreekwoorden en gezegden verschillen, zoals "een foto trekken" (een foto maken), "hij is van West-Vlaanderen" (hij komt uit West-Vlaanderen), "goesting hebben" (zin hebben), "vast en zeker" (zeker en vast) en "in de mot hebben" (in de gaten houden).

In Nederlandse woordenboeken (zoals de Van Dale) worden Belgisch-Nederlandse woorden vaak aangegeven met de afkorting "belg."

Gesproken taal

Het grootste verschil tussen het Belgisch- en Nederlands-Nederlands zit in de gesproken taal. In het algemeen wordt het Belgisch-Nederlands zachter uitgesproken dan het Nederlands-Nederlands. Zo spreekt men in het Vlaams van een "zachte g". Deze zachtere uitspraak komt overigens ook voor in het Brabants en Limburgs.

Ook zitten er verschillen bij de uitspraak van enkele Engelse leenwoorden. Zo worden de woorden "tram" en "flat" om de Engelse manier met een "e" uitgesproken. In het Belgisch-Nederlands gebruikt men echter een "a". Bij de uitspraak van het woord "plastic" verschuift ook de klemtoon. In het Nederlands-Nederlands ligt in de klemtoon op de eerste lettergreep en heeft men de uitspraak "plestik". In het Belgisch-Nederlands ligt de klemtoon op de laatste lettergreep en heeft de men uitspraak "plastiek".

Dialecten

Het Vlaams is onder te verdelen in de volgende dialecten. Toch kunnen taalkundigen van mening verschillen welke dialecten wel en niet onder het Vlaams horen. In het huidige Vlaanderen zijn er de volgende dialecten:

Deze dialecten kunnen weer in kleinere streek- en stadsdialecten verdeeld worden.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Vlaams&oldid=840709"