Maatschappijleer

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
De printervriendelijke versie wordt niet langer ondersteund en kan weergavefouten bevatten. Werk uw browserbladwijzers bij en gebruik de gewone afdrukfunctie van de browser.

Maatschappijleer is een vak dat op Nederlandse middelbare scholen wordt gegeven. Maatschappijleer is bedoeld om leerlingen meer over de (Nederlandse) maatschappij te leren. Zo komen thema's als media, politiek en migratie aanbod. Ook wordt tijdens maatschappijleer over de actualiteiten (het nieuws) gepraat.

Maatschappijleer wordt in de bovenbouw van de middelbare school gegeven. Het exacte jaar kan per school en niveau verschillen, maar de meeste scholen geven maatschappijleer niet in het laatste jaar (examenjaar). Op het vmbo wordt maatschappijleer vaak in het derde jaar gegeven. Voor de havo en het vwo wordt vaak het vierde jaar gekozen. Maatschappijleer wordt meestal slechts één jaar gegeven.

Het is een verplicht vak wat alle leerlingen ongeacht hun niveau of school moeten volgen. Het cijfer komt tevens op het diploma te staan. Maatschappijleer moet niet verward worden met het vak maatschappijwetenschappen. Op het mbo wordt het vak Loopbaan en Burgerschap aangeboden, wat vergelijkbaar met maatschappijleer is.

Ontstaan

Maatschappijleer is in de jaren 1950 ontstaan om leerlingen meer te leren over de Nederlandse samenleving. In de eerste jaren hadden scholen grote vrijheid om het vak zelf in te vullen. De Nederlandse overheid had namelijk geen lijst met onderwerpen die behandeld moesten worden. Ook waren er geen speciale lerarenopleidingen voor maatschappijleer. Dit betekende dat leraren zonder voorkennis het vak konden geven. Op veel scholen werd het vak daardoor door geschiedenisleraren gegeven, aangezien zij de meeste kennis over maatschappelijke onderwerpen hadden. In andere gevallen werden gymleraren, priesters of zelfs een conciërge ingehuurd voor het vak. Daarnaast werd maatschappijleer niet op het vmbo aangeboden en telde het niet meer voor het eindexamen.

Later ontstond er een speciale opleiding voor leraar maatschappijleer. Toch ontbrak lang een specifiek lesprogramma voor het vak. Er ontstond daardoor veel discussie over maatschappijleer en er waren zelfs plannen om maatschappijleer af te schaffen. Ook waren er plannen om maatschappijleer en geschiedenis als één vak aan te bieden. Deze laatste twee dingen zijn nooit gebeurd, maar er is inmiddels wel een lijst met vier onderwerpen die aanbod moeten komen. Ook wordt maatschappijleer tegenwoordig op alle schoolniveaus aangeboden en telt het mee voor het examen.

Het vak

Opbouw

Maatschappijleer wordt op de meeste scholen slechts één jaar aangeboden. Het vak wordt datzelfde jaar afgesloten. Er bestaat geen eindexamen in maatschappijleer, waardoor leerlingen enkel een schoolexamen maken. Het schoolexamen bestaat uit een gemiddelde van de toetsen, proefwerken en andere opdrachten (zoals verslagen of presentaties) van dat vak.

Het precieze programma van toetsing verschilt per school. Hoewel er geen eindexamen maatschappijleer is, geldt maatschappijleer wel als examenvak. Dit betekent dus dat het cijfer op je schooldiploma te staan komt. Het cijfer van maatschappijleer kan ook gebruikt worden om te compenseren met andere examenvakken. Stel dat je een 5 haalt voor Engels en een 8 voor maatschappijleer, kun je één punt van maatschappijleer aan Engels geven om te slagen. Dit kan enkel met een 5 (en niet lager) en slechts bij één vak.

Inhoud

Maatschappijleer is bedoeld om leerlingen meer te verdiepen in de Nederlandse samenleving. Het idee is dat leerlingen zo beter voorbereid worden om als bijna-volwassene onderdeel te zijn van de Nederlandse samenleving. Daardoor wordt maatschappijleer ook aan het einde van middelbare school aangeboden als de leerlingen bijna 18 jaar zijn.

Bij maatschappijleer wordt de Nederlandse samenleving uitgelegd aan de hand van vier onderwerpen:

  • Parlementaire democratie; tijdens dit onderwerp verdiepen de leerlingen zich in het (Nederlandse) politieke systeem.
  • Rechtsstaat; dit onderwerp gaat diep in op de Nederlandse rechtsstaat en rechtspraak.
  • Cultuur; dit onderwerp gaat over sociologische en culturele onderwerpen, zoals migratie en verschillen tussen jongeren en ouderen.
  • Verzorgingsstaat; dit onderwerp gaat over de sociale zekerheid in Nederland, zoals werkloosheid en AOW.

Daarnaast kan er ook aandacht voor media, criminaliteit en de politie. Hoewel de nadruk op Nederland ligt, wordt de stof ook vaak met andere landen verbonden.

Bij maatschappijleer worden deze onderwerpen ook vaak met het nieuws van dat moment verbonden. Zo wordt ingegaan op verkiezingen, maatschappelijke problemen en discussies. Vaak worden deze onderwerpen in de klas besproken en keren meestal ook op toetsen terug.

Maatschappijwetenschappen?

Maatschappijleer moet niet verward worden met het vak maatschappijwetenschappen. Maatschappijwetenschappen is een examenvak dat sinds 2007 wordt aangeboden op verschillende scholen. Het is een keuzevak voor het profiel Economie en Maatschappij (E&M) en profiel Cultuur en Maatschappij (C&M). Daarnaast kunnen scholen het vak eventueel aanbieden als open keuzevak voor de andere profielen. Het is daardoor niet verplicht voor alle leerlingen. Niet alle scholen bieden maatschappijwetenschappen aan.

Qua stof zijn maatschappijleer en maatschappijwetenschappen ongeveer hetzelfde. Maatschappijwetenschappen gaat alleen veel dieper op de stof in. Ook zijn er meer maatschappelijke onderwerpen die besproken worden. Maatschappijwetenschappen wordt namelijk niet één jaar maar twee jaar (op vmbo) en drie jaar (op havo en vwo) aangeboden. In tegenstelling tot maatschappijleer heeft maatschappijwetenschappen wél een eindexamen. Leerlingen die maatschappijwetenschappen volgen moeten ook het vak maatschappijleer volgen.

De verwarring tussen de vakken ontstaat door gelijke namen. Maatschappijleer wordt namelijk ook aangeduid als maatschappijleer 1 en maatschappijwetenschappen als maatschappijleer 2.

Op het MBO

Op het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) wordt het vak Loopbaan en burgerschap (LOB) aanboden. Dit vak wordt vaak vergeleken met maatschappijleer, maar bestaat eigenlijk uit twee onderdelen:

  • Loopbaan: Dit onderdeel gaat over je toekomstige baan. Je verdiept je in de mogelijkheden voor een baan na de opleiding. Ook richt het onderdeel zich op reflecteren en discussiëren over de mogelijkheden.
  • Burgerschap: Dit onderdeel is vergelijkbaar met maatschappijleer. Je leert meer over de (Nederlandse samenleving), zoals politiek, rechtspraak, sociale en culturele thema's. Vaak worden deze thema's weer verbonden met je toekomstige baan en de opleiding.

Lerarenopleiding

Tegenwoordig bieden verschillende hogescholen een speciale opleiding tot leraar maatschappijleer aan. Dit is een hbo-opleiding die je kan volgen na het havo, vwo of het mbo. Met deze opleiding ben je ook bevoegd om het vak maatschappijwetenschappen op het vmbo en het vak loopbaan en burgerschap op het mbo te geven. Om leraar maatschappijleer/maatschappijwetenschappen te worden voor havo en vwo is daarna nog een master nodig.

Een andere manier om leraar maatschappijleer te worden via de universiteit. Na bijvoorbeeld een opleiding sociale wetenschappen of sociologie is het meestal mogelijk om een verkorte lerarenopleiding te volgen.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Maatschappijleer&oldid=818521"