Twintigduizend mijlen onder zee

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Twintigduizend mijlen onder zee
Houghton FC8 V5946 869ve - Verne, frontispiece.jpg
Informatie
Alternatieve titel Vingt mille lieues sous les mers
Schrijver Jules Verne
Taal (origineel) Frans
Land Vlag van Frankrijk Frankrijk
Genre Avonturenroman, sciencefiction
Datum 1869-1870 (tijdschrift)
1871 (boek)
ISBN
Uitgeverij
Bijzonderheden

Online-tekst
Portaal Portaalicoon Literatuur

Twintigduizend mijlen onder zee (Frans: Vingt mille lieues sous les mers) is een boek van de Franse schrijver Jules Verne. Het is een avonturenroman met invloeden van sciencefiction. Jules Verne schreef het verhaal voor het tijdschrift Magasin d'éducation et de récréation. Tussen maart 1869 en juni 1870 werden enkele week enkele hoofdstukken uitgegeven in het tijdschrift. In 1871 werden de hoofdstukken samen als één boek uitgegeven.

Het verhaal gaat over professor Pierre Aronnax, zijn hulpje Conseil (Koenaard) en de Canadese walvisjager Ned Land. Zij gaan een mysterieus monster in de zee zoeken. Tijdens hun zoektocht worden ze overboord gegooid en ontdekken dat het monster een onderzeër (de Nautilus). De kapitein van de Nautilus, kapitein Nemo, neemt hen aan boord. De kapitein besloot de drie gevangen te houden, maar besloot hen ook de geheimen van de onderwaterwereld te laten zien.

Het boek is onderdeel van de serie Voyages extraordinaires, waarin bijzondere reizen een rol spelen. Het verhaal in het boek is ook verbonden met de boeken De kinderen van kapitein Grant en Het geheimzinnige eiland.

Geschiedenis

Let op!
Hieronder staat de samenvatting van een verhaal.
Soms is het niet leuk als je al weet hoe het verhaal afloopt!
De pronkkamer van de Nautilus

In 1866 wordt een mysterieus zeemonster gespot in de zeeën van Europa. Het zeemonster zorgt er zelfs voor dat schepen in de problemen komen. Eerst wordt gedacht dat het zeemonster een modern wapen was, maar geen land in Europa weet wat het kan zijn. Hierdoor komt opnieuw de theorie op dat het een soort van narwal is. De Amerikanen besluiten daarom een schip (de Abraham Lincoln) te sturen om het monster op te sporen en te vernietigen. Aan boord van dit schip zijn professor Pierre Aronnax, zijn hulpje Koenraad (Conseil) en de Canadese walvisjager Ned Land. Het schip vaart vervolgens van Long Island naar de Grote Oceaan.

Op de Grote Oceaan wordt het monster gespot, maar deze valt het schip aan. Hierdoor vallen Aronnax, Koenraad en Ned Land overboord en belanden op het monster. Het monster blijkt geen dier te zijn, maar gemaakt te zijn van metaal. Het is dus een onderzeeboot met de naam Nautilus. De drie worden aan boord gehaald en begroet door de mysterieuze kapitein Nemo. Kapitein Nemo heeft verschillende bemanningsleden met wie hij in een geheimzinnige taal praat. De kapitein doet eerst alsof hij de drie niet kan verstaan, maar de volgende dag blijkt hij ook alle talen te spreken die zij kunnen.

De ruïnes van de stad Atlantis

Kapitein Nemo geeft de drie een rondleiding van zijn reusachtige onderzeeboot. Zo is er een bibliotheek aanwezig met enorm veel boeken, een galerij met schilderijen en een pronkkamer met schelpen en parels. Kapitein Nemo blijkt een erg slim en rijk man te zijn. Hij heeft de Nautilus zelfs gebouwd en is helemaal zelfvoorzienend. Hij legt uit dat hij zich nooit thuis voelde aan land. Hierdoor besloot hij de Nautilus te bouwen en vaart al jaren alle wereldzeeën rond. De Nautilus moet echter een geheim blijven voor de buitenwereld, waardoor de drie niet van boord mogen. Kapitein Nemo houdt de drie dus gevangen, maar behandelt hen juist erg goed. Hij besluit hen een wereldreis te geven door oceanen van de wereld.

De Nautilus maakt vervolgens een reis van 80.000 kilometer langs alle hoogtepunten. Van de zee in Polynesië reist de Nautilus naar de Indische Oceaan, de Rode Zee, de Middellandse Zee, de Atlantische Oceaan, de Zuidelijke IJszee en uiteindelijk de Noorse kust. Onderweg komen ze langs allerlei plaatsen en doen verschillende dingen. Zo gaan ze op een onderzeese jacht, gaan aan land in Nieuw-Guinea, zien parels voor kust van Sri Lanka (Ceylon), zien de koralen van de Rode Zee en bezoeken de ruïnes van Atlantis. De Nautilus raakt onderweg ook in gevaar. Zo komt de onderzeeboot vast te zitten in het ijs van Zuidpool en wordt het aangevallen door een inktvis.

Na maanden reizen hebben de drie genoeg van de reis. Het is niet dat ze ondankbaar zijn, maar dat ze naar huis toe willen. Toch besluit kapitein Nemo steeds nieuwe dingen te laten zien. De Nautilus wordt uiteindelijk opgespoord door de marine. Kapitein Nemo besluit vervolgens het marineschip aan te vallen, maar krijgt last van schuldgevoelens. Voor de kust van Noorwegen weten de drie uiteindelijk te ontsnappen als de onderzeeboot in een draaikolk terechtkomt. De drie weten aan land te komen. Wat er met kapitein Nemo en zijn bemanning is gebeurd is onduidelijk.

Personages

De bemanning wordt aangevallen door een inktvis

In het boek komen vier hoofdpersonages voor:

  • Pierre Aronnax; een Franse professor en marinebioloog. Aronnax weet hierdoor veel af van de onderwaterwereld en is erg geïnteresseerd in de dingen die kapitein Nemo laat zien. Aronnax is ook de verteller van het boek.
  • Conseil (is sommige vertalingen Koenraad); het Vlaamse hulpje van professor Aronnax. Conseil is erg trouw aan de professor en helpt hem in zijn bezigheden. Ook weet hij een hoop over biologie.
  • Ned Land; een Canadese walvisjager. Ned Land is meer van het doen en kan geïrriteerd overkomen. Ook heeft hij een licht opvliegend karakter.
  • Kapitein Nemo; de mysterieuze kapitein van het schip. In het boek wordt weinig verteld over kapitein Nemo. Het is onduidelijk waar hij vandaan komt, wat zijn leven was voor de zeereis of waarom hij de zeereis besloot te maken.

Daarnaast komen er nog verschillende figuranten voor, zoals bemanningsleden en inboorlingen. Deze personages spreken vaak een andere taal dan de hoofdpersonages, waardoor er vrij weinig over ze verteld wordt. Het is onduidelijk hoeveel bemanningsleden precies op het schip van kapitein Nemo werken.

Achtergrondinformatie

Uitgave

Twintigduizend mijlen onder zee werd oorspronkelijk in delen uitgegeven tussen maart 1869 en juni 1870. Dit betekent dat iedere twee weken enkele hoofdstukken verschenen in het tijdschrift Magasin d'éducation et de récréation (Tijdschrift voor het onderwijs en de recreatie). Het verhaal heeft hierdoor als feuilleton uitgegeven. In de 19e eeuw was het gewoonlijk om (langere) boeken in delen te publiceren in tijdschriften. Op deze manier kon men namelijk veel mensen bereiken. Boeken waren namelijk erg duur, terwijl tijdschriften een stuk goedkoper waren.

In november 1871 werd het verhaal ook als één boek uitgegeven. Toen zijn er ook 111 schetsen aan het verhaal toegevoegd. Deze schetsen zijn gemaakt door Alphonse de Neuville en Édouard Rieu.

Inspiratie

De reizigers gaan op jacht onder water.

De onderzeeboot bestond al toen Jules Verne het verhaal schreef. Toen waren de boten echter een stuk simpeler dan vandaag de dag. De Nautilus in het boek is dan ook hypermodern in vergelijking met de onderzeeboten uit de jaren 1860. De Nautilus is gebaseerd op een model van de onderzeeboot Plongeur. Verne zag dit model op een tentoonstelling in 1867. Hij voegde zelf een hoop dingen aan het schip toe. Verne voorspelt in het boek dat duikboten ook in oorlogen gebruikt kunnen worden.

Een andere bron van inspiratie was de Odyssee van Homerus. Dit is een beroemd heldengedicht uit de Griekse oudheid over Odysseus die 10 jaar lang de zeeën bevaart en plaatsen bezoekt. De naam "Nemo" komt uit het Latijn en betekent "niemand". Wanneer de cycloop Polyphemus aan Odysseus zijn naam vraagt, antwoord Odysseus ook met "niemand". Daarnaast eindigen beide boeken slecht voor de bemanning.

In het boek zijn er veel verwijzingen naar wetenschappers en ontdekkingsreizigers, zoals Matthew Fontaine Maury, Jean-François de La Pérouse, Jules Dumont d'Urville en Ferdinand de Lesseps. Veel plaatsen uit het boek zijn ook plaatsen die door deze vier mannen bezocht zijn. De naam "Nautilus" was ook de naam van de oudste succesvolle duikboot van Robert Fulton in 1800.

Verfilmingen

Het boek is een aantal keer verfilmd. De vroegste verfilming van het boek was een Franse zwart-witfilm uit 1907 genaamd 20000 lieues sous les mers van Georges Méliès. Deze film heeft geen geluid en duurt slechts 10 minuten. Later werd het boek verfilmd in 1916, 1952 1985, 1997 en 2007. In 1954 maakte Walt Disney ook een speelfilm van het boek onder de naam 20,000 Leagues Under the Sea. Hoewel deze film tegenwoordig vergeten is, was hij toentertijd enorm populair. In Disneyparken waren zelfs de decorstukken uit de film te zien tussen 1955 en 1966.

Een andere bewerking van het verhaal is The Black Hole uit 1979 van Disney. In plaats van een onderzeeboot in het water vindt deze film plaats in een ruimteschip. In de film zijn een aantal dingen veranderd, maar het verhaal is grotendeels hetzelfde.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Twintigduizend_mijlen_onder_zee&oldid=783398"