West-Indische Compagnie: verschil tussen versies

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Versie 716794 van RandomGrassBlock (overleg) ongedaan gemaakt)
Label: Ongedaan maken
(27 tussenliggende versies door 13 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
  +
[[Bestand:Wic.jpg|miniatuur|Het kantoor van de WIC]]De '''West-Indische Compagnie''' met als afkorting de '''WIC''' was een bedrijf uit de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden dat in 1621 werd opgericht
De '''West-Indische Compagnie''', afgekort '''WIC''', werd op gericht om te handelen in [[tabak]], [[slaaf|slaven]], [[suiker]], [[goud]] en [[geld]]. De WIC is opgericht in 1602 en bestond tot 1675. De WIC deed aan [[monopolie]]. Dit hield in dat alleen de WIC dit mocht doen. Zo mocht bijvoorbeeld de WIC als enige handelen met Amerika en (west-)Afrika. Ook deed WIC aan [[kaapvaart]]. Hierbij veroverde ze schepen. Eén van de populairste voorbeelden hiervan is [[Piet Heijn]] die in 1628 de [[Zilvervloot]] overviel. De WIC verdiende ook geld met de handel met [[Suriname]], [[Nieuw-Nederland]], [[Nederlands Acadië]], [[Nederlands-Brazilië]], [[Guyana]], sommige Antillen en nog een paar plaatsen in Afrika. De slaven werkten op plantages en verbouwden onder andere suiker en tabak. De WIC werd bestuurd door de [[Heren XIX]] en is vergelijkbaar met de [[VOC]].
 
{{beg}}
 
[[Categorie:Gouden Eeuw]]
 
   
'''Oprichting van de WIC'''
+
== Oprichting van de WIC ==
  +
De '''West-Indische Compagnie''' met als afkorting de '''WIC''' werd in 1621 opgericht. Dit gebeurde na het [[Twaalfjarig Bestand]]. De Nederlanden bevonden zich toentertijd in de [[Tachtigjarige Oorlog]] met Spanje. De WIC kreeg net als de [[Verenigde Oostindische Compagnie|VOC]] (Verenigde Oost-Indische Compagnie)
   
  +
een handelsmonopolie op de kust van West-Afrika en Amerika. Dat betekende dat alleen zij in dat gebied mogen handelen. De West-Indische Compagnie mocht daar optreden als Nederlandse overheid, maar daar hadden ze wel toestemming voor nodig. Een van de doelen van de WIC was het dwarsbomen van [[Portugal]] en [[Spanje]]. Dit deden ze door middel van kaapvaart. Door de kaapvaart wilden zij Portugal en Spanje schade toebrengen. Via de handel van Spanje met Amerika, kon Spanje de oorlog met de Nederlanden financieren. Dat wilden de Nederlanders niet. De kaapvaart stond de echte handel met Amerika in de weg. Al het geld en schepen werden voor de kaapvaart gebruikt.
De WIC werd in 1621 opgericht op 3 juni. De naam WIC komt van West-Indische Compagnie. In het logo van de WIC staat geen I maar er staat wel een G bij, dus eigenlijk: GWC, dat komt van Geoctrooieerde West-Indische Compagnie. Verderop leggen we uit welke octrooi de WIC had. Het idee voor de oprichting van de WIC was al langer bedacht, maar pas nadat het Twaalfjarig bestand was getekend kwam het echt tot stand. De WIC werd bestuurd door de heren XIX en Cornelis Bicker. Zij hadden het recht om te handelen met alle landen van Amerika en Afrika. Waaronder Brazilië, Suriname en de Antillen, wat ze ook mochten veroveren. Onderweg, op zee, deed de WIC aan piraterij.
 
De WIC handelde in tabak, cacao, koffie suiker, goud en Afrikaanse slaven. In totaal duurde de 1ste WIC van 1621 tot 1647.
 
   
  +
== Piet Hein ==
De doelen van de WIC waren handel drijven, kolonies stichten, kaapvaart (piraterij met toestemming) en oorlog voeren tegen Spanje.
 
  +
[[Piet Hein]] heeft veel betekent voor de WIC. In 1628 veroverde hij de Spaanse zilvervloot. Deze zilvervloot bevatte al het belastinggeld uit alle Spaanse koloniën. Door de verovering van de zilvervloot raakte de WIC betrokken bij de [[Trans-Atlantische slavenhandel]]. Hierin volgden zij het Portugese voorbeeld. Zij zagen hoeveel winst het hen opleverde en dat wilde de WIC ook. Door de buit van de [[zilvervloot]], waren ze in staat om Portugese koloniën in Brazilië veroveren. Daar lagen de [[plantages]] waarop slaven werken.
  +
[[Bestand:Piet Pietersz. Heyn, luitenant-admiraal van Holland, Bestanddeelnr 935-0803.jpg|miniatuur|Afbeelding van Piet Heyn]]
  +
In 7 jaar wist de WIC een groot deel van de Braziliaanse kust te veroveren. Ze kwamen echter ook tot de conclusie dat ze arbeidskrachten nodig hadden om op de plantages te werken. Vanuit de Nederlanders wilden er weinig werken op de plantages. Het was er veel te warm en het was veel te zwaar werk. Uit de ervaringen van de Portugezen was gebleken dat de inheemse [[Indianen]] niet goed waren voor dit werk. Ze konden het zware werk niet aan. Bovendien hadden de Europeanen ziektes uit Europa meegenomen waar de Indianen niet tegen bestand waren. Ook voor de WIC waren dus de Indianen niet een optie om als arbeiders te gebruiken. Ze volgenden het voorbeeld van Spanje en Portugal om haar slaven uit Afrika te halen.
   
  +
In 1637 veroverde de WIC een Portugees fort aan de Westkust van Afrika. Dit was [[fort Elmina]].
De WIC werd 2 keer opgericht, omdat in 1964 de 1ste WIC financiële problemen had, en omdat in 1648 de Vrede van Munster werd getekend, voer de WIC geen oorlog meer tegen Spanje waardoor de helft van hun doel wegviel. Daardoor werd de WIC in 1674 opgeven.
 
   
  +
Portugal slaagde er echter in zijn plantages na een tijd weer terug te veroveren. Nederland besloot toen om zich vooral te richten op de slavenhandel.
De 2de WIC duurde in totaal van juni 1675 tot december 1791. Die eindigde ook vanwege financiële zaken.
 
   
  +
== Motieven van de WIC om mee te doen aan de slavenhandel. ==
Er was rond 1800 nog geprobeerd een 3de WIC op te richten, maar vanwege de hoeveelheid suikerbieten zou het plantagesysteem stoppen en ook de slavenhandel, dus de 3de poging van de WIC was mislukt.
 
  +
Er waren meerdere motieven voor de WIC om mee te doen aan de handel, maar het grootste motief was het geld wat het zou opleveren. Een ander motief was hert dwarsbomen van Spanje. Ook geloof speelde een rol. Spanje en Portugal waren katholiek en de [[Protestantisme|protestantse]] Nederlanders waren bang dat Spanje en Portugal de slaven ook [[katholiek]] zou maken waardoor er een nog grotere aanhang van het katholicisme zou zijn. Dit wilde Nederland met de oprichting van de WIC voorkomen.
   
  +
== De WIC en de Trans-Atlantische slavenhandel ==
De oprichter van de WIC is Willem Usselincx.
 
  +
[[Bestand:Fort Elmina Willem Troost.jpg|miniatuur|Schilderij van fort Elmina]]
Willem Usselincx leefde van 1567 tot ± 1647. Hij was een zakenman uit Antwerpen. In 1600 had hij al plannen gemaakt voor de WIC en in 1621 kwamen die plannen tot stand.
 
  +
De slavenhandel tussen Europa, Afrika en Amerika wordt ook wel de [[driehoekshandel]] genoemd. Dit komt omdat de [[handel]] uit drie afzonderlijke reizen bestond. De eerste reis was de reis van Europa naar West-Afrika. De schepen namen handelswaren mee naar Afrika. Dit was o.a. [[geweren]], kruit, messen, alcohol en metalen goederen. Deze producten ruilden de Europeanen voor slaven. De tweede reis was die van [[Afrika]] naar De Nieuwe Wereld (Amerika). De [[Slavernij|slaven]] werden in de slavenschepen geladen, niet zonder problemen. Veel slaven wisten niet wat hen stond te gebeuren en verzette zich. De slaven werden vastgebonden en hadden erg weinig plek aan boord. Ze lagen in hun eigen [[urine]], [[ontlasting]] en [[braaksel]]. De slaven kregen aan boord weinig te eten en te drinken. Dat was een van de redenen voor de hoge sterfte aan boord. Een andere reden waren de besmettelijke ziekten die veelvoudig voorkwamen aan boord. De ziekten verspreidden zich snel en er werd nauwelijks of niets aan gedaan om te bestrijden. De slaven die overleden, werden overboord gegooid. Aangekomen in [[Zuid-Amerika]] kwam er een visiteur aan boord die alle slaven checkte. Er mochten geen ziekten aan land komen. Pas dan mocht het schip doorvaren naar de haven. Daar werden de slaven gewassen en kregen ze een paar dagen goed te eten. De plantage eigenaren kwamen de slaven kopen. Daarna konden de slaven aan het werk op de plantages waar ze gebrandmerkt werden, of als huisslaaf in een van de huishoudens van de Europeanen.
   
  +
Met het geld wat de slaven opbrachten, kocht de WIC producten die op de plantages verbouwd werden. Zo namen ze [[rietsuiker]], [[cacao]] en [[katoen]] mee terug naar [[Nederland]]. Dat was de derde en de laatste reis van de Trans-Atlantische slavenhandel.
Een bekende admiraal van de WIC is Piet Heyn. Pieter Pietersen Heyn, ook wel Piet Hein genoemd, is geboren op 25 november 1577 in Delfshaven, hij is gestorven op 17 juni 1629. Toen hij klein was werd hij, samen met zijn vader, gevangen genomen door de Spanjaarden. Pas in 1602 kwam hij vrij, vanwege uitwisseling van gevangen. Hij was schipper van de Kleine Neptunus, Wassende Maen, stuurman op de Hollandia, en was admiraal op het waarschijnlijk meest bekende schip van hem: de Zilvervloot.
 
  +
  +
== Het aandeel van de WIC in de slavenhandel ==
  +
In totaal heeft Nederland 5% in de slavenhandel gehad. In de periode van 1600-1800 heeft Nederland 609.000 slaven verhandeld. In totaal zijn er tussen de 11 en 12,5 miljoen Afrikaanse slaven verhandeld. Engeland, Spanje en Portugal hadden een groter aandeel in de slavenhandel. In de periode van 1600-1700 hadden Spanje en Portugal 60% van de slavenhandel in bezit. Engeland kwam op een tweede plek met 30%.
  +
  +
== Bronnen: ==
  +
* Emmer, P. C. (2011). De Nederlandse slavenhandel 1500-1850. Amsterdam: Uitgeverij De Arbeiderspers.
  +
  +
* Postma, J. M. (2008). The dutch in the Atlantic Slave trade, 1600-1815. Cambridge: Cambridgde Univerity Press.
  +
  +
* Schnurmann, C. (2003). ‘Wherever profits lead us, to every sea and shore…’ the Voc, the WIC, and Dutch methods of globalization in the seventeenth century. Opgehaald van: <nowiki>https://doi.org/10.1111/1477-4658.t01-1-00032</nowiki>
 
[[Categorie:Gouden Eeuw]]

Versie van 25 mei 2022 12:59

Het kantoor van de WIC

De West-Indische Compagnie met als afkorting de WIC was een bedrijf uit de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden dat in 1621 werd opgericht

Oprichting van de WIC

De West-Indische Compagnie met als afkorting de WIC werd in 1621 opgericht. Dit gebeurde na het Twaalfjarig Bestand. De Nederlanden bevonden zich toentertijd in de Tachtigjarige Oorlog met Spanje. De WIC kreeg net als de VOC (Verenigde Oost-Indische Compagnie)

een handelsmonopolie op de kust van West-Afrika en Amerika. Dat betekende dat alleen zij in dat gebied mogen handelen. De West-Indische Compagnie mocht daar optreden als Nederlandse overheid, maar daar hadden ze wel toestemming voor nodig. Een van de doelen van de WIC was het dwarsbomen van Portugal en Spanje. Dit deden ze door middel van kaapvaart. Door de kaapvaart wilden zij Portugal en Spanje schade toebrengen. Via de handel van Spanje met Amerika, kon Spanje de oorlog met de Nederlanden financieren. Dat wilden de Nederlanders niet. De kaapvaart stond de echte handel met Amerika in de weg. Al het geld en schepen werden voor de kaapvaart gebruikt.

Piet Hein

Piet Hein heeft veel betekent voor de WIC. In 1628 veroverde hij de Spaanse zilvervloot. Deze zilvervloot bevatte al het belastinggeld uit alle Spaanse koloniën. Door de verovering van de zilvervloot raakte de WIC betrokken bij de Trans-Atlantische slavenhandel. Hierin volgden zij het Portugese voorbeeld. Zij zagen hoeveel winst het hen opleverde en dat wilde de WIC ook. Door de buit van de zilvervloot, waren ze in staat om Portugese koloniën in Brazilië veroveren. Daar lagen de plantages waarop slaven werken.

Afbeelding van Piet Heyn

In 7 jaar wist de WIC een groot deel van de Braziliaanse kust te veroveren. Ze kwamen echter ook tot de conclusie dat ze arbeidskrachten nodig hadden om op de plantages te werken. Vanuit de Nederlanders wilden er weinig werken op de plantages. Het was er veel te warm en het was veel te zwaar werk. Uit de ervaringen van de Portugezen was gebleken dat de inheemse Indianen niet goed waren voor dit werk. Ze konden het zware werk niet aan. Bovendien hadden de Europeanen ziektes uit Europa meegenomen waar de Indianen niet tegen bestand waren. Ook voor de WIC waren dus de Indianen niet een optie om als arbeiders te gebruiken. Ze volgenden het voorbeeld van Spanje en Portugal om haar slaven uit Afrika te halen.

In 1637 veroverde de WIC een Portugees fort aan de Westkust van Afrika. Dit was fort Elmina.

Portugal slaagde er echter in zijn plantages na een tijd weer terug te veroveren. Nederland besloot toen om zich vooral te richten op de slavenhandel.

Motieven van de WIC om mee te doen aan de slavenhandel.

Er waren meerdere motieven voor de WIC om mee te doen aan de handel, maar het grootste motief was het geld wat het zou opleveren. Een ander motief was hert dwarsbomen van Spanje. Ook geloof speelde een rol. Spanje en Portugal waren katholiek en de protestantse Nederlanders waren bang dat Spanje en Portugal de slaven ook katholiek zou maken waardoor er een nog grotere aanhang van het katholicisme zou zijn. Dit wilde Nederland met de oprichting van de WIC voorkomen.

De WIC en de Trans-Atlantische slavenhandel

Schilderij van fort Elmina

De slavenhandel tussen Europa, Afrika en Amerika wordt ook wel de driehoekshandel genoemd. Dit komt omdat de handel uit drie afzonderlijke reizen bestond. De eerste reis was de reis van Europa naar West-Afrika. De schepen namen handelswaren mee naar Afrika. Dit was o.a. geweren, kruit, messen, alcohol en metalen goederen. Deze producten ruilden de Europeanen voor slaven. De tweede reis was die van Afrika naar De Nieuwe Wereld (Amerika). De slaven werden in de slavenschepen geladen, niet zonder problemen. Veel slaven wisten niet wat hen stond te gebeuren en verzette zich. De slaven werden vastgebonden en hadden erg weinig plek aan boord. Ze lagen in hun eigen urine, ontlasting en braaksel. De slaven kregen aan boord weinig te eten en te drinken. Dat was een van de redenen voor de hoge sterfte aan boord. Een andere reden waren de besmettelijke ziekten die veelvoudig voorkwamen aan boord. De ziekten verspreidden zich snel en er werd nauwelijks of niets aan gedaan om te bestrijden. De slaven die overleden, werden overboord gegooid. Aangekomen in Zuid-Amerika kwam er een visiteur aan boord die alle slaven checkte. Er mochten geen ziekten aan land komen. Pas dan mocht het schip doorvaren naar de haven. Daar werden de slaven gewassen en kregen ze een paar dagen goed te eten. De plantage eigenaren kwamen de slaven kopen. Daarna konden de slaven aan het werk op de plantages waar ze gebrandmerkt werden, of als huisslaaf in een van de huishoudens van de Europeanen.

Met het geld wat de slaven opbrachten, kocht de WIC producten die op de plantages verbouwd werden. Zo namen ze rietsuiker, cacao en katoen mee terug naar Nederland. Dat was de derde en de laatste reis van de Trans-Atlantische slavenhandel.

Het aandeel van de WIC in de slavenhandel

In totaal heeft Nederland 5% in de slavenhandel gehad. In de periode van 1600-1800 heeft Nederland 609.000 slaven verhandeld. In totaal zijn er tussen de 11 en 12,5 miljoen Afrikaanse slaven verhandeld. Engeland, Spanje en Portugal hadden een groter aandeel in de slavenhandel. In de periode van 1600-1700 hadden Spanje en Portugal 60% van de slavenhandel in bezit. Engeland kwam op een tweede plek met 30%.

Bronnen:

  • Emmer, P. C. (2011). De Nederlandse slavenhandel 1500-1850. Amsterdam: Uitgeverij De Arbeiderspers.
  • Postma, J. M. (2008). The dutch in the Atlantic Slave trade, 1600-1815. Cambridge: Cambridgde Univerity Press.
  • Schnurmann, C. (2003). ‘Wherever profits lead us, to every sea and shore…’ the Voc, the WIC, and Dutch methods of globalization in the seventeenth century. Opgehaald van: https://doi.org/10.1111/1477-4658.t01-1-00032
Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=West-Indische_Compagnie&oldid=716816"