Afzakken: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
k |
k |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | '''Afzakken''' wil zeggen terugvallen op, zich laten inhalen. "De wielrenners die de kopgroep vormden zagen het kansloze van hun uitlooppoging in en lieten zich afzakken naar het peloton". Ook: zich naar een lager gelegen punt begeven. "Hij liet zich langzaam van het muurtje, waar hij | + | '''Afzakken''' wil zeggen terugvallen op, zich laten inhalen. "De wielrenners die de kopgroep vormden zagen het kansloze van hun uitlooppoging in en lieten zich afzakken naar het peloton". Ook: zich naar een lager gelegen punt begeven. "Hij liet zich langzaam van het muurtje, waar hij opgeklommen was, afzakken". |
[[Categorie:Woordenschat]] | [[Categorie:Woordenschat]] | ||
[[Categorie:Basiswoordenlijstgroep2]] | [[Categorie:Basiswoordenlijstgroep2]] |
Versie van 3 nov 2012 21:29
Afzakken wil zeggen terugvallen op, zich laten inhalen. "De wielrenners die de kopgroep vormden zagen het kansloze van hun uitlooppoging in en lieten zich afzakken naar het peloton". Ook: zich naar een lager gelegen punt begeven. "Hij liet zich langzaam van het muurtje, waar hij opgeklommen was, afzakken".