Hoe overleef ik-serie

Door wie zijn de boeken geschreven?

De boeken zijn geschreven door Francine Oomen. Francine is geboren op 27 maart in 1960 in Laren, als oudste van 5 kinderen. Toen ze klein was , was ze al dol op boeken. Haar 1ste boeken waren baby en kleuterboeken. Later ging ze boeken voor steeds oudere kinderen schrijven, zoals Lena Lijstje, de Computerheks, Het Zwanenmeer (maar dan anders)en natuurlijk: Hoe overleef ik- boeken!

Waarover gaan de boeken over

Let op! Hieronder staat de samenvatting van een verhaal. Soms is het niet leuk als je al weet hoe het verhaal afloopt!

De hoofdpersonen zijn: Rosa en Neuz (of eigenlijk Vincent). Het verhaal gaat erover dat Rosa's ouders gaan scheiden, ze wonen in Noord-Brabant. Haar moeder krijgt een nieuwe vriend: Alexander, maar Rosa noemt hem Apenbil omdat ze hem stom vindt. Ze gaan naar Groningen verhuizen en voor haar is dat het einde van de wereld. Ze moet haar vader, Esther, Jonas en haar klasgenootjes verlaten. In Groningen pest iedereen haar om haar Brabantse accent. Ze heeft daardoor geen zelfvertrouwen meer. Ze wilt stoer zijn. Ze laat een piercing (nep) zetten en gaat Graffiti spuiten. Bij het station ontmoet ze Neuz. Het hele boek door hoort ze stemmen in haar hoofd van Rooz (de stoere Rosa) en Roos (de gewone, saaie en oude Rosa). Ze weet niet naar welke stem ze luisteren moet. De rest kun je lezen in Hoe Overleef Ik Mezelf?

De Illustratie

De illustraties zijn van Annet schaap. Annet schaap is geboren in Echelt. Ze is geboren in 1965. Ze las vroeger heel vaak ze hielt vooral van boeken met plaatjes. Toen ze ouder was ging ze naar de Kunstacademie in Kampen. Annet Schaap (1965) woont in Utrecht. Ze is begonnen met tekenen toen ze nog heel klein was. Tekenen en schrijven vond ze het allerleukste om te doen. Als ze een boek gelezen had, maakte ze daar in een schetsboek plaatjes bij. Later ging ze ook veel natekenen, de tekeningen van Wim Hofman vond ze altijd zo mooi dat ze die op hele grote vellen overtekende met zwarte inkt. En dan vertelde ze natuurlijk niet dat ze nagemaakt waren! Nu verzint Annet Schaap alles zelf wat ze tekent.

Na de middelbare school heeft ze aan twee kunstacademies gestudeerd: vijf jaar aan de Academie in Kampen en een jaar aan de Koninklijke Academie in Den Haag. Op allebei heeft ze het vak illustratie gevolgd, maar ook schilderen, modeltekenen, grafisch ontwerpen en een klein beetje beeldhouwen.

Haar eerste opdracht kreeg Annet Schaap toen ze nog op de academie zat: ze mocht het boek Joppe, Julia en Jericho van Christine Nöstlinger illustreren. Toen het uitgegeven werd, was ze heel erg trots. Nu, tien jaar later, vindt ze het zo lelijk en slecht getekend dat niemand het ooit meer mag zien.

Inmiddels heeft Annet Schaap meer dan vijftig kinderboeken geïllustreerd en ook heel veel tekeningen gemaakt voor tijdschriften, zoals Taptoe en Okki, kranten en schoolboeken. Ze ging naar de schrijversvakschool in Amsterdam, waar ze leerde om toneelstukken, liedjes en gedichten te schrijven. Sinds zes jaar is ze dan ook niet meer alleen tekenaar, maar ook schrijfster. Ze werkt bij een kindertheatergroep Saga in Utrecht, waar ze de toneelstukken voor schrijft.

Tegenwoordig schrijft en tekent ze om en om. Soms maakt ze dingen voor volwassenen, maar het liefst maakt ze dingen voor kinderen. Annet Schaap illustreert bij Van Holkema & Warendorf o.a. boeken van Jacques Vriens, Vivian den Hollander, Janneke Schotveld en Francine Oomen.