Atletiek: verschil tussen versies
(Gewikificeerd) |
|||
| Regel 5: | Regel 5: | ||
| − | == |
+ | ==Geschiedenis atletiek== |
| − | + | Atletiekwedstrijden worden al bijna 3000 jaar georganiseerd. Ze vormden een belangrijk onderdeel van de Olympische Spelen, die vanaf 776 voor Chr. in het oude Griekenland gehouden werden. De Olympische Spelen waren eigenlijk een eervol feest ter ere van de oppergod Zeus. De winnaars van de spelen kregen een olijfkrans en werden als supersterren onthaald. De stad gaf hun geld en de burgers overlaadden hun met geschenken. De atleten deden de sport zonder kleren omdat ze dan geen last hadden van hun kleren. |
|
=De onderdelen= |
=De onderdelen= |
||
| Regel 30: | Regel 30: | ||
* halve marathon op de weg |
* halve marathon op de weg |
||
* marathon (42,195 km) op de weg |
* marathon (42,195 km) op de weg |
||
| − | |||
| − | --[[Gebruiker:Thomas van arkel|Thomas van Arkel]] 10 jun 2008 19:55 (CEST) |
||
| − | |||
==Estafette== |
==Estafette== |
||
Bij de estafette is het de bedoeling om met een groepje van meestal 4 mensen een stuk zo snel mogelijk te lopen. Ze lopen bijvoorbeeld allemaal 200 meter om de beurt. Als de volgende persoon is geeft de ander een stokje over. Hieronder staan de estafette onderdelen. |
Bij de estafette is het de bedoeling om met een groepje van meestal 4 mensen een stuk zo snel mogelijk te lopen. Ze lopen bijvoorbeeld allemaal 200 meter om de beurt. Als de volgende persoon is geeft de ander een stokje over. Hieronder staan de estafette onderdelen. |
||
| Regel 43: | Regel 40: | ||
* Ekiden op de weg, een marathon in estafettevorm. |
* Ekiden op de weg, een marathon in estafettevorm. |
||
* Zweedse estafette; 1e loper 400 m, 2e 300m, 3e 200m, 4e 100m. |
* Zweedse estafette; 1e loper 400 m, 2e 300m, 3e 200m, 4e 100m. |
||
| − | |||
| − | --[[Gebruiker:Thomas van arkel|Thomas van Arkel]] 10 jun 2008 19:55 (CEST) |
||
==Springnummers== |
==Springnummers== |
||
| Regel 55: | Regel 50: | ||
* hink-stap-springen |
* hink-stap-springen |
||
Hink-stap-springen is eigenlijk precies hetzelfde als verspringen. Alleen na de balk moet je eerst een hink, dan een stap en dan pas springen in de zandbak. |
Hink-stap-springen is eigenlijk precies hetzelfde als verspringen. Alleen na de balk moet je eerst een hink, dan een stap en dan pas springen in de zandbak. |
||
| − | |||
| − | --[[Gebruiker:Thomas van arkel|Thomas van Arkel]] 10 jun 2008 19:55 (CEST) |
||
==De werpnummers== |
==De werpnummers== |
||
| Regel 67: | Regel 60: | ||
* kogelslingeren (niet indoor) |
* kogelslingeren (niet indoor) |
||
Hierbij moet je een kogel aan een dik ijzeren draad weg slingeren. |
Hierbij moet je een kogel aan een dik ijzeren draad weg slingeren. |
||
| − | |||
| − | --[[Gebruiker:Thomas van arkel|Thomas van Arkel]] 10 jun 2008 19:56 (CEST) |
||
==Externe link== |
==Externe link== |
||
Versie van 14 nov 2008 18:07
Atletiek is de verzamelnaam voor verschillende onderdelen. Onderdelen van atletiek zijn: hardlopen, hoogspringen, verspringen, hink-stap-sprong, estafette, polstokhoogspringen, discus werpen, kogelstoten en speerwerpen.
Geschiedenis atletiek
Atletiekwedstrijden worden al bijna 3000 jaar georganiseerd. Ze vormden een belangrijk onderdeel van de Olympische Spelen, die vanaf 776 voor Chr. in het oude Griekenland gehouden werden. De Olympische Spelen waren eigenlijk een eervol feest ter ere van de oppergod Zeus. De winnaars van de spelen kregen een olijfkrans en werden als supersterren onthaald. De stad gaf hun geld en de burgers overlaadden hun met geschenken. De atleten deden de sport zonder kleren omdat ze dan geen last hadden van hun kleren.
De onderdelen
Hardlopen
Bij het hardlopen worden verschillende afstanden gelopen, sommige niet zo vaak. Dit zijn alle afstanden die worden gelopen.
Sprint
- 60 meter (alleen indoor)
- 60 m
- 100 m
- 200 meter
- 400 meter
Middenloop
- 800 meter
- 1500 meter
- 3000 meter
Langeafstand
- 5000 meter
- 10000 meter
- halve marathon op de weg
- marathon (42,195 km) op de weg
Estafette
Bij de estafette is het de bedoeling om met een groepje van meestal 4 mensen een stuk zo snel mogelijk te lopen. Ze lopen bijvoorbeeld allemaal 200 meter om de beurt. Als de volgende persoon is geeft de ander een stokje over. Hieronder staan de estafette onderdelen.
- 4 x 100 meter estafette (niet indoor)
- 4 x 200 meter estafette
- 4 x 400 meter estafette
- 4 x 800 meter estafette
- 4 x 1500 meter estafette (alleen bij de mannen; niet indoor)
- Ekiden op de weg, een marathon in estafettevorm.
- Zweedse estafette; 1e loper 400 m, 2e 300m, 3e 200m, 4e 100m.
Springnummers
- hoogspringen
Bij hoogspringen is het de bedoeling om zo hoog mogelijk over een lat te springen. Als de lat er af valt dan is er één poging voorbij. Meestal heb je maar 3 pogingen per hoogte
- polsstokhoogspringen
Polstokhoogspringen is eigenlijk precies hetzelfde idee als hoogspringen, maar het is de bedoeling om met een stok over de lat heen te gaan. De lat ligt ook veel hoger
- verspringen
Bij verspringen begin je met een aanloop en dan zet je af voor een balk. Je moet dan zo ver mogelijk in een zandbak terecht komen.
- hink-stap-springen
Hink-stap-springen is eigenlijk precies hetzelfde als verspringen. Alleen na de balk moet je eerst een hink, dan een stap en dan pas springen in de zandbak.
De werpnummers
- kogelstoten
Hierbij moet je een soort ijzeren bal zo ver mogelijk weg stoten.
- discuswerpen (niet indoor)
Hierbij moet je een soort frisbee van hout en ijzer weg werpen.
- speerwerpen (niet indoor)
Hierbij moet je een speer zo ver mogelijk weg werpen.
- kogelslingeren (niet indoor)
Hierbij moet je een kogel aan een dik ijzeren draad weg slingeren.