Franse Revolutie: verschil tussen versies
| Regel 14: | Regel 14: | ||
==De revolutie== |
==De revolutie== |
||
De burgers dwongen de koning een gesprek met de drie standen te voeren. In 1789 kwamen de drie standen bij elkaar. Dat was in het paleis van de Varsailles. Voor de eerste keer konden de burgers hun stem uitbrengen. De burgers eiste een grondwet. Daarin moest staan dat de burgers de zelfde wetten hadden als de mensen van adel. |
De burgers dwongen de koning een gesprek met de drie standen te voeren. In 1789 kwamen de drie standen bij elkaar. Dat was in het paleis van de Varsailles. Voor de eerste keer konden de burgers hun stem uitbrengen. De burgers eiste een grondwet. Daarin moest staan dat de burgers de zelfde wetten hadden als de mensen van adel. |
||
| + | De geestelijke voelde er niets voor. Het voorstel werd afgewezen. De bevolking werd boos. er braken gevechten uit. |
||
| + | |||
| + | ==bestorming van de bastille== |
||
| + | De soldaten werden op de rellen afgestuurt. Op 14 julie kwamen de mensen op overval van de bastille, een gevangeningis. De meeste vewakers werden vemoord. De koning was woedend. Dat was het begin van een revolutie. De revolutei begon op 14 juli 1789. |
||
Versie van 3 nov 2008 10:45
Familie regering
In 1870 ging het niet goed met ons land. Overal was armoede. Het bestuur werd door de rijke mensen gekozen. De gewone mensen hadden helemaal geen rechten. als de vader in het bestuur zat werd vaak zijn kind de opvolger., Dat heet familieregering. De burgers verdiende weinig geld. In Amsterdam was er een regent van 2 jaar.
Patriotten
Steeds meer mensen gingen protesteren tegen de regenten. Zij noemde zichzelf patriotten (patri betekend vaderland). De patriotten begonnen kleine legertjes te maken. er waren nog wel mensen die trouw bleven aan de regenten. Mensen uit een familie van regenten heet een prinsgezind. Er waren twee groepen patriotten en mensen van adel. de strijd werd steeds heviger. Een vrouw van adel werd aangehouden die wilde reizen. Toen vroeg zijn of haar broer de patriotten wilde verjagen. Veel patriotten vluchtte naar Frankrijk.
dezelfde strijd
De patriotten hoopte in Frankrijk steun te vinden. De arme mensen die daar woonde hadden ook geen rechten. De Franse koningen hadden de absolute macht. de koningen hielden zich niet bezig met de mensen, alleen met oorlog.
De drie standen
Behalve koningen waren er ook mensen van adel een geestelijken. De mensen van adel woonden in prachtige paleizen. Op de akkers moesten boeren werken die bijna geen salaris kregen. De edellieden kregen de beste baantjes zoals rechter. De geestelijken hadden ook goede baantje een veel geld. de geestelijken waren de eerste stand en de edellieden de tweede en de derde stand waren de gewone burgers.De derde groep was de grootste. 97 % van Frankrijk was gewoon burger. De belasting werd hoger. de burgers kwamen in opstand.
De revolutie
De burgers dwongen de koning een gesprek met de drie standen te voeren. In 1789 kwamen de drie standen bij elkaar. Dat was in het paleis van de Varsailles. Voor de eerste keer konden de burgers hun stem uitbrengen. De burgers eiste een grondwet. Daarin moest staan dat de burgers de zelfde wetten hadden als de mensen van adel. De geestelijke voelde er niets voor. Het voorstel werd afgewezen. De bevolking werd boos. er braken gevechten uit.
bestorming van de bastille
De soldaten werden op de rellen afgestuurt. Op 14 julie kwamen de mensen op overval van de bastille, een gevangeningis. De meeste vewakers werden vemoord. De koning was woedend. Dat was het begin van een revolutie. De revolutei begon op 14 juli 1789.