Schaken

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Schaakklok.JPG
Bestand:Schaakbord.jpg
Schaakbord met de stukken in beginpositie

Schaken is een bordspel dat je met twee mensen kunt spelen. Je wint als je de koning van de tegenstander schaakmat kunt zetten.


notitie

Er staan altijd cijfers (1 t/m 8) en letters (A t/m H) op een schaakbord. Alle velden (64 in totaal) hebben daarmee een naam gekregen. Met deze veldnamen moet je je zetten noteren. Het schaakbord hierboven kan je helpen!

Als je bijvoorbeeld je paard verzet van veld c1 naar veld b3, dan schrijf je op: Pc1-b3. De hoofdletter P betekent dat deze zet met het paard is gedaan.

Zet je bijvoorbeeld je pion van c2 naar c4, dan schrijf je: c2-c4 (alleen voor de pion hoef je geen letter te noteren!)

Voor de rest van de stukken moet je de volgende hoofdletters gebruiken: T voor de toren, L voor de loper, D voor de dame, K voor de koning.

Openings zetten

Je hebt duizenden openings zetten zoals de spiegelbeeld opening of de Siciliaanse openingszet je kan er zelf ook nog een maken maar of hij dan werkt moet je zelf uitzoeken maar er zijn er duizenden en een openingszet is zo'n beetje de belangrijkste zetten van het spel

Punten

  • pion: 1pt;
  • loper: 3 punten;
  • paard: 3 punten;
  • toren: 5 punten;
  • dame: 9 punten;
  • koning: koning kan niet geslagen worden (o pt.)


Schaakbord

een schaakbord ziet er uit als een 8 bij 8 bord.een schaakbord:

  • je hebt 8 pionnen;
  • 2 lopers;
  • 2 paarden;
  • 2 torens;
  • 1 dame;
  • 1 koning.

TOTAAL:16 stukken(op jou kant)


Stukken verplaatsen

  • De pionnen mogen 1 stap (als op het begin staan 2 stappen)ze mogen alleen schuin slaan
  • De lopers mogen zoveel stappen als ze maar willen maar alleen schuin.
  • De paarden mogen 2 stappen vooruit en een op zij ook anders om
  • De toren mag zo ver als hij wilt maar alleen rechtdoor of opzij niet schuin of een paarde sprong
  • De dame mag overal naartoe behalve in paardensprong
  • De koning mag overal naar toe maar met één stap per keer

als de koning schaak staat dus hij wordt aangevallen dan moet de koning naar een veilig veld of je zet er een stuk tussen of je slaat het stuk dat aanvalt. als jou koning nergens naar toe kan en hij je kan schaak niet opheffen dan wint de ander als je niet schaak staat en je kan met niets zetten ook niet met de koning is het pad gelijkspel ook als de tegen partij aan jou vraagt als je dan ja zecht is het ook gelijkspel

Rokeren

is dat je je koning en toren tegelijk beweegt maar er zijn ook regels want je mag niet rokeren als je koning schaak staat of als je koning schaak komt te staan. er mogen geen stukken tussen staan en als de koning of de toren is verschoven is. er mogen geen vakken gedreigd staan tussen de koning en de toren. rokeren is een handige zet maar dan moet je de toren niet weg halen want dat kan dan problemen opleveren.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Schaken&oldid=153267"