Wintersport

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Wintersport is sport die je (vooral) in de winter doet, zoals skiën en snowboarden.

Geschiedenis

Vroeger, toen het winter was en de wegen moeilijk begaanbaar waren, bedachten mensen manieren om zich te verplaatsen. Ze begonnen met schaatsen op bevroren meren en sleeën met prikstokken om gemakkelijk over ijs te glijden. Na verloop van tijd gingen mensen deze winterse activiteiten ook voor plezier doen. Zo werden er schaatswedstrijden gehouden en wedstrijden voor priksleeën, soms gewoon voor de lol.

In 1882 werd de Koninklijke Nederlandsche Schaatsenrijders Bond (KNSB) opgericht. Dit is een organisatie waar allerlei schaatssporten onder vallen.

Skiën is ontstaan in de bergen, zoals de Alpen en Scandinavië. Er is een verschil tussen alpineskiën en noords skiën. Rond 1860 begon het skiën als sport in Noorwegen, in de regio Telemark. Later werd wintersport populair voor toeristen, vooral in de Alpen. Een plaats genaamd Sankt Moritz in Zwitserland wordt gezien als de start van wintersporttoerisme in de late 19e eeuw. Een slimme hotelier overtuigde Engelse gasten om ook in de winter te komen. Nu is wintersporttoerisme erg belangrijk voor de Alpenlanden en niet alleen voor rijke mensen.

Overzicht van wintersporten

Sneeuwsporten

Alpineskiën

Bij alpineskiën zitten je voeten stevig vast aan de ski's, terwijl bij noords skiën alleen je voorvoeten vastzitten en je hielen vrij zijn. Er zijn vijf soorten alpineski-wedstrijden: slalom, reuzenslalom, super G, afdaling en alpine-combinatie.

Biatlon

Biatlon is een wintersport waarbij mensen op ski's een race doen en ook moeten schieten op doelen. Na een bepaalde afstand moeten ze vijf keer schieten. Als ze het doel missen, moeten ze een strafronde van 150 meter lopen voordat ze verder mogen skiën. Bij de sprint moeten ze één keer liggend en één keer staand schieten, en bij de lange afstand twee keer liggend en twee keer staand. Als ze een doel missen tijdens de lange afstand, krijgen ze één minuut straftijd. Naast de gewone races zijn er ook wedstrijden waarbij ze in groepen starten, elkaar achtervolgen en samen rennen in estafettevorm.

Freeride

Freeriden (ook wel sidecountry-skiën of off-piste-skiën genoemd) is een andere manier van skiën dan op de gewone hellingen (on-piste-skiën) en toerskiën. Bij freeriden draait alles om de afdaling, in tegenstelling tot toerskiën waarbij je ook omhoog skiet.

Freestyleskiën

Freestyleskiën is een soort skiën waarbij kracht, techniek en creativiteit allemaal belangrijk zijn. Er zijn vijf onderdelen in freestyleskiën: de aerials, de moguls, de dual moguls, de halfpipe en de (freestyle)skicross.

Koersen met slede-hondenspannen

Koersen met slede-hondenspannen is een wedstrijd waarbij honden, meestal husky's, een slee trekken om zo snel mogelijk een bepaalde route af te leggen.

Koersen met paardenspannen

Koersen met paardenspannen en sleden is een wedstrijd waarbij een arrenslee, een soort slee, zo snel mogelijk een bepaalde afstand door de sneeuw wordt getrokken. Dit gebeurt vooral in het noorden van het land, vooral in Friesland, waar het belslydjeien wordt genoemd.

Langlaufen:

Langlaufen is skiën op speciale ski's over een bepaald parcours, waarbij je zo snel mogelijk moet gaan. Er zijn verschillende manieren van langlaufen. Bij de 'klassieke stijl' zet je achterwaarts af met de ski's en stokken, terwijl je bij de 'vrije stijl' zijwaarts afzet, vergelijkbaar met schaatsen. De route voor langlaufers heet een "loipe."

Noords skiën:

Noords skiën is een verzamelnaam voor twee soorten skiën uit Scandinavië: schansspringen en langlaufen. Bij de Noordse combinatie doen de sporters eerst schansspringen en daarna langlaufen, allemaal in de vrije stijl.

Schansspringen:

Schansspringen is een sport waarbij deelnemers van een schans skiën en proberen zo ver mogelijk te springen. Juryleden beoordelen niet alleen de afstand, maar ook hoe goed de sprong wordt uitgevoerd. Soms doen landen teams mee, waar vier springers om de beurt springen.

Ski-Alpinisme:

Ski-alpinisme is een wintersport waarbij mensen besneeuwde bergen beklimmen en skiën. Ze gebruiken speciale ski's met stijgvellen om tegen de berg op te lopen. Mensen maken vaak meerdaagse tochten op deze manier.

Skioriëntatie (Ski-O):

Skioriëntatie is een soort oriëntatieloop, maar dan op langlaufski's. Mensen moeten een route volgen en checkpoints vinden, net als een soort speurtocht op ski's.

Skivliegen:

Skivliegen is een extreme vorm van schansspringen waarbij de schans groter is en de snelheid hoger ligt. Dit leidt tot extreem verre sprongen, soms zelfs meer dan 200 meter!

Snowboarden:

Snowboarden is een sport waarbij je op een board met vastgemaakte schoenen van een besneeuwde berg afglijdt. Er zijn drie soorten snowboarden: freeride, freestyle en alpineboarden.

Speedskiën:

Speedskiën is skiën met als doel zo snel mogelijk te gaan op een speciaal parcours. Het parcours is 1.000 meter lang en heeft een hoogteverschil van 450 meter.

Telemarken:

Telemarken is een speciale vorm van skiën waarbij je een andere bochtentechniek gebruikt. De binding van de ski laat alleen de voorvoet vastzitten, en de schoenen zijn buigzaam in de voorvoet.

Skibob: Een skibob is een frame waaraan twee ski's, een zadel en een stuur zijn bevestigd. Het is een grappig apparaat waarmee je in de sneeuw kunt rijden.



Sjabloon:Sporten

Accessories-text-editor.svg
Dit artikel is een beginnetje. Je wordt uitgenodigd op bewerk te klikken om dit artikel aan te vullen.

Meer informatie over dit onderwerp vind je hier:
Tekst: WikipediaNPO KennisGoogle
Afbeeldingen: Wikimedia Commons (oud) • WikiKids Beeldbank
Clipjes: SchooltvBeeld & GeluidYouTube

Accessories-text-editor.svg
Dit artikel is een beginnetje.
Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Wintersport&oldid=838772"