Bekomen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
1. Een (goede of slechte) uitwerking hebben. "Het eten is mij slecht bekomen".
2. Weer weer kunnen nadenken. "Ik ben nog niet bekomen van de schrik".
1. Een (goede of slechte) uitwerking hebben. "Het eten is mij slecht bekomen".
2. Weer weer kunnen nadenken. "Ik ben nog niet bekomen van de schrik".