Giek

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
1. Giek, 2. Mast, 3. Zeil, 4. Schoothoek, 5. Halshoek, 6. Lummelbout, 7, Lummelslee, 8. Lummelbeslag, 9. Onderlijkstrekker, 10. Grootschoot (lijn), 11. Halstalie, 12. Neerhaler, 13. Grootschootblok

De giek (vroeger gijk) is een ronde balk (rondhout) onder aan het grootzeil van een zeilboot of zeilschip. Vroeger waren deze van hout, maar tegenwoordig zie je ze ook van metaal (bijvoorbeeld aluminium) en een kunststof composiet.

Het zorgt ervoor dat de onderkant van een zeil (onderlijk) uitgespreid blijft. Aan de giek zit ook de grootschoot vast, de lijn waarmee het zeil gevierd (losser) dan wel aangehaald (strakker) kan worden tot een juiste stand ten opzichte van de wind. Met een kraanlijn, ook wel dirk genoemd, kan de giek naar de gaffel worden opgetrokken om de wind uit het zeil te halen.

De giek kan op verschillende manieren aan de mast vast zitten:

  • Met een soort vork (bek)
  • Met een soort haak en oog (zwanenhals)
  • Met een soort scharnier verbinding (Lummel, pen die vrij kan draaien in een lummelpot)
Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Giek&oldid=752245"