Reden
Een reden geeft aan waarom je iets doet of niet doet. Als je een reden hebt om iets te doen of niet te doen, betekent het dat je goed hebt nagedacht waarom je iets wel of niet doet. Je hebt de argumenten voor en tegen op een rijtje gezet. Je kunt een reden gebruiken om beslissingen te nemen of iemand anders te overtuigen. Een reden die niet klopt maar wel lijkt te kloppen noem je een drogreden.
Voorbeelden van redenen
- De reden dat ik die auto niet koop is omdat ik geen geld daarvoor heb.
De reden is dat je geen geld hebt en een auto kopen kost geld. De achterliggende reden is waarschijnlijk dat je ook geen geld wilt lenen.
- De reden dat ik niet naar het bos ga, is omdat ik het niet leuk vind.
Deze reden heeft te maken met je gevoel. Anderen kunnen het hier niet mee eens zijn omdat ze het bos bijvoorbeeld wel erg leuk vinden.
Je kunt redenen ook gebruiken om uit te leggen waarom iets is zoals het is.
Als je de vraag stelt:
- Waarom kan ik alleen ademhalen in de lucht en niet in het water?
Dan kan je daar als volgt op antwoorden:
- Mensen hebben longen die zuurstof uit de lucht nodig hebben
- Jij bent een mens en hebt dus ook longen die zuurstof uit de lucht nodig hebben.