Het tinnen soldaatje
Het tinnen soldaatje of De standvastige tinnen soldaat is een sprookje van Hans Christian Andersen. Hij schreef het sprookje in 1838 in het Deens.
Het sprookje gaat over levend speelgoed. Een jongen krijgt 25 tinnen soldaatjes cadeau, waarvan er eentje maar één been heeft. Hij wordt verliefd op een papieren speelgoeddanseres. Doordat zij op één been staat, denkt de soldaat dat zij ook maar één been heeft.
Verhaal
Het verhaal dat hieronder staat is een sprookje en dus niet in het echt gebeurd. Van sprookjes bestaan verschillende versies, dus dit verhaal kan afwijken van andere versies. |
Er was een jongen die voor zijn verjaardag een doos met 25 tinnen soldaatjes krijgt. De tinnen soldaatjes zijn allemaal van één lepel tin gemaakt. Van de 25 soldaatjes heeft er eentje maar één been. Tijdens het gieten was er namelijk net niet genoeg tin voor het been. Desondanks is het soldaatje niet minder dapper dan de anderen. Als het jongetje 's nachts gaat slapen, komt het speelgoed tot leven. Het tinnen soldaatje wordt verliefd op een speelgoeddanseres geknipt uit papier met een zwart sterretje op haar jurk. Zij staat een balletpose met haar ene been omhoog. Hierdoor denkt het soldaatje dat zij ook maar één been heeft. Daardoor zouden zij zeer goed bij elkaar passen.
Een duveltje-uit-een-doosje heeft ook een oogje op haar. De volgende dag valt het tinnen soldaatje uit een raam. Twee straatjongens zette hem op een papieren bootje. Het bootje wordt tegengehouden door een rat, maar hij weet te ontsnappen. Hij vaart het kanaal af en de boot vergaat. Vervolgens wordt de boot samen met het soldaatje opgeslokt.
Uiteindelijk wordt de vis gevangen en verkocht op de markt. De vis is gekocht door de kokkin van het huis van het jongentje. Zij geeft het soldaatje terug aan de jongen. Het jongentje gooit het soldaatje echter in de oven. Vanuit de oven kijkt hij naar zijn geliefde danseres. Hij voelt zich wegsmelten, maar blijft standvastig.
Een windvlaag laat het danseresje vliegen naar de soldaat in de oven. De volgende dag vinden ze in de oven als wat overgebleven is van de twee: een tinnen hartje en een gitzwart sterretje.