Wandtapijt: verschil tussen versies
k |
k |
||
Regel 11: | Regel 11: | ||
Wandtapijten worden ook wel '''Gobelins''' genoemd, naar de historische tapijtfabriek in [[Parijs]], opgericht als een middeleeuws verfbedrijf door de familie Gobelin. | Wandtapijten worden ook wel '''Gobelins''' genoemd, naar de historische tapijtfabriek in [[Parijs]], opgericht als een middeleeuws verfbedrijf door de familie Gobelin. | ||
+ | [[Bestand:The Devonshire Hunting Tapestries; Boar and Bear Hunt - Google Art Project.jpg|gecentreerd|miniatuur|780x780px|Het Devonshire Hunting wandtapijt, 1430-1450, hoogte x lengte 380 x 1020 cm, gewicht 50 kg.]] | ||
[[Categorie:Kunst]] | [[Categorie:Kunst]] | ||
[[Categorie:Textiel]] | [[Categorie:Textiel]] |
Versie van 13 jul 2022 12:34
|
|
Een wandtapijt of Tapijtwerk is een vorm van textiel-kunst, traditioneel met de hand geweven op een weefgetouw. Bij wandtapijten zijn inslagdraden de beeldvormer, waarbij alle kettingdraden (ondersteunende draden) verborgen zijn in het voltooide werk, in tegenstelling tot de meeste geweven stoffen, waarbij zowel de ketting- als de inslagdraden zichtbaar kunnen zijn. Bij het weven van tapijten zijn inslaggarens zowel kort als lang; de ambachtsman verweeft elke gekleurde inslag heen en weer in zijn eigen kleine patroongebied. Het is een effen inslagweefsel met inslagdraden van verschillende kleuren die over delen van de schering (kettingdraden) zijn verwerkt om het ontwerp te vormen.
De kettingdraden zijn de draden die als eerste op een weefgetouw worden gespannen. Ze zijn als het ware het papier of een doek waar een tekenaar of schilder op zou werken. In plaats van potlood of verf worden de inslagdraden van verschillende kleuren nu gebruikt om de afbeelding te vormen.
Wandtapijten zijn best kwetsbaar en moeilijk te maken, dus de meeste historische werkstukken zijn bedoeld om verticaal aan een muur te hangen (of soms in tenten), of soms horizontaal over een meubelstuk zoals een tafel of bed. Sommige periodes maakten kleinere werkstukken, vaak lang en smal en gebruikt als randen voor ander textiel. Europese wandtapijten worden normaal gesproken alleen van één kant gemaakt en hebben vaak een effen voering op de rug (extra beschermende stoffen laag). Andere tradities, zoals de Chinese kesi en die van het precolumbiaanse Peru, zorgen ervoor dat wandtapijten van beide kanten te zien zijn. De meeste wevers gebruiken een natuurlijke kettingdraad, zoals wol, linnen of katoen. De inslagdraden zijn meestal van wol of katoen, maar kunnen zijde, goud, zilver of andere alternatieven bevatten.
Tapijtwerk moet worden onderscheiden van de verschillende borduurtechnieken, hoewel grote stukken borduurwerk met afbeeldingen soms losjes "tapijtwerk" worden genoemd, zoals bij het beroemde Tapijt van Bayeux, dat in feite is geborduurd. Vanaf de Middeleeuwen konden Europese wandtapijten heel groot zijn, met afbeeldingen met tientallen figuren. Ze werden vaak in sets gemaakt, zodat er een hele kamer mee kon worden opgehangen. In laatmiddeleeuws Europa was wandtapijt het grootste en duurste medium voor figuratieve afbeeldingen in twee dimensies (zeg maar "schilderijen"), en ondanks de snelle toename van het belang van de schilderkunst behield het deze positie in de ogen van veel eigenaren uit de renaissance tot ten minste het einde van de 16e eeuw, als niet verder. De Europese traditie bleef zich ontwikkelen en weerspiegelt bredere veranderingen in artistieke stijlen tot de Franse Revolutie en Napoleontische oorlogen, voordat ze in de 19e eeuw op kleinere schaal nieuw leven werden ingeblazen.
Wandtapijten worden ook wel Gobelins genoemd, naar de historische tapijtfabriek in Parijs, opgericht als een middeleeuws verfbedrijf door de familie Gobelin.