De verdwenen Zwinhavens: verschil tussen versies
k (→Geschiedenis) |
k (→Geschiedenis) |
||
Regel 11: | Regel 11: | ||
== Geschiedenis == | == Geschiedenis == | ||
[[Bestand:Blaeu 1635 - Flandriæ Teutonicæ pars orientalior Ausschnitt1.png|miniatuur|Kaart van Vlaanderen van Blaeu uit 1635 met daarop het merendeels drooggevallen Zwin. Links Brugge en rechts Sluis.]] | [[Bestand:Blaeu 1635 - Flandriæ Teutonicæ pars orientalior Ausschnitt1.png|miniatuur|Kaart van Vlaanderen van Blaeu uit 1635 met daarop het merendeels drooggevallen Zwin. Links Brugge en rechts Sluis.]] | ||
− | Na de vloedgolf van 1134 gaf het Zwin toegang tot de havens van de stad [[Brugge]] vanaf de haven van Sluis (L'Écluse) en van daaruit rechtstreekse toegang tot de Noordzee. Ondanks de inspanningen van de koopmansstad om deze toegang te behouden en door regelmatig het kanaal verdiepen, slibde het steeds verder dicht. Zozeer zelfs dat vanaf de <abbr>15<sup>e</sup> eeuw</abbr> de toegang alleen nog maar bestond tot Sluis (De Sluis), waardoor de | + | Na de vloedgolf van 1134 gaf het Zwin toegang tot de havens van de stad [[Brugge]] vanaf de haven van Sluis (L'Écluse) en van daaruit rechtstreekse toegang tot de Noordzee. Ondanks de inspanningen van de koopmansstad om deze toegang te behouden en door regelmatig het kanaal verdiepen, slibde het steeds verder dicht. Zozeer zelfs dat vanaf de <abbr>15<sup>e</sup> eeuw</abbr> de toegang alleen nog maar bestond tot Sluis (De Sluis), waardoor zelfs de voorhavens van Brugge (Damme, nadien volgden zeewaarts Hoeke en Mude - nu Sint Anna ter Muiden) niet langer meer konden worden bereikt. Dit zorgde (mede) het verval van de stad Brugge veroorzaakte en de handel zich naar Antwerpen verplaatste wat via de Schelde wel een verbinding had met de zee. Vanaf het einde van de <abbr>18<sup>e</sup> eeuw</abbr> en gedurende de <abbr>19<sup>e</sup> eeuw</abbr> werd wat er nog over was van de zeearm ingepolderd. In 1953 werd de eerder in 1950 aangelegde dijk met de februaristorm weggeslagen en liep een deel van het gebied weer vol. Dit ten koste van 1.800 mensenlevens. |
[[Categorie:Vlaanderen]] | [[Categorie:Vlaanderen]] |
Versie van 20 sep 2023 22:35
Het Zwin is een voormalige zeearm van de Noordzee op de grens van België en Nederland. Tegenwoordig is het een natuurgebied, maar vroeger was het een belangrijke verbinding naar de Zwinhavens bij Brugge.
Natuur
Het Zwin als natuurgebied is het grootste zoutgebied van België. De achter het strand en de duinen gelegen slikken en schorren komen bij vloed geheel of gedeeltelijk onder water te staan doordat de zee er binnen kan dringen.
Het Zwin ligt in de gemeenten Knokke-Heist (West-Vlaanderen) en Sluis of L'Écluse (Zeeland).
Het is nu een belangrijk gebied voor allerlei vogels.
Geschiedenis
Na de vloedgolf van 1134 gaf het Zwin toegang tot de havens van de stad Brugge vanaf de haven van Sluis (L'Écluse) en van daaruit rechtstreekse toegang tot de Noordzee. Ondanks de inspanningen van de koopmansstad om deze toegang te behouden en door regelmatig het kanaal verdiepen, slibde het steeds verder dicht. Zozeer zelfs dat vanaf de 15e eeuw de toegang alleen nog maar bestond tot Sluis (De Sluis), waardoor zelfs de voorhavens van Brugge (Damme, nadien volgden zeewaarts Hoeke en Mude - nu Sint Anna ter Muiden) niet langer meer konden worden bereikt. Dit zorgde (mede) het verval van de stad Brugge veroorzaakte en de handel zich naar Antwerpen verplaatste wat via de Schelde wel een verbinding had met de zee. Vanaf het einde van de 18e eeuw en gedurende de 19e eeuw werd wat er nog over was van de zeearm ingepolderd. In 1953 werd de eerder in 1950 aangelegde dijk met de februaristorm weggeslagen en liep een deel van het gebied weer vol. Dit ten koste van 1.800 mensenlevens.