Blad (plant)

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
De bladeren van een tamme kastanje.

Een blad is een deel van een plant. Niet alle planten hebben bladeren. Zo hebben algen geen bladeren. Planten zoals bomen en grassen hebben wel bladeren. Bladeren hebben vaak verschillende vormen. Iedere plantensoort heeft zijn eigen bladvorm.

Sommige planten hebben naalden. In principe heeft een naald dezelfde functie als een blad. Een naald is eigenlijk een opgerold blad en daardoor kan het beter tegen de kou.

Bouw van bladeren

De nerven in een blad van de hortensia

Bladeren zijn er in verschillende vormen en groottes, toch heeft elk blad ongeveer dezelfde bouw. Een blad bestaat grofweg uit drie delen:

  • Het bladsteel: een blad zit meestal met een steeltje aan de stengel, tak of stam van een plant vast, dit steeltje heet een bladsteel. Bij planten die dit niet hebben, zitten de bladeren vast aan de wortels.
  • De bladbasis: de plaats waar het steeltje vast zit aan het blad heet de bladbasis.
  • De bladschijf: vanuit de bladbasis loopt het blad uit naar verschillende kanten. Dit uitlopende deel heet de bladschijf.

De bladschijf is meer onder te verdelen in de bladnerven en het bladmoes. De bladnerven zijn een soort van leidingen door het blad heen. De bladnerven vervoeren water, voedingstoffen en glucose (suiker). Dit hebben de bladeren nodig voor fotosynthese (zie het kopje Fotosynthese). Wat er tussen de bladnerven ligt heet het bladmoes. In het bladmoes liggen bladgroenkorrels. Deze zorgen ervoor de plant groen is en zorgen voor fotosynthese.

Elke plant heeft een ander soort blad (bladvorm). Zo kun je ook zoeken welk blad van welke plant afkomt. Er zijn zelfs speciale websites en boeken om dit in op te zoeken. Mensen zijn al deze verschillende bladvormen namen gaan geven. Zo is het blad van een kastanjeboom handlobbig en die van een paardenbloem liervormig. De randen van de bladeren kunnen ook verschillende vormen hebben. Zo kunnen ze tanden, het patroon van een zaag of bolletjes hebben.

Bijzondere bladeren

De bladeren van het kruidje-roer-mij-niet

Sommige planten beschermen kun bladeren tegen insecten en andere dieren. Zo heeft de brandnetel een soort van haren op de bladeren, wat een branderig gevoel geeft bij aanraking. Ook andere soorten planten hebben haren, maar deze hoeven niet altijd een brandig gevoel te geven. Rozenbottelstruiken hebben doornen op de bladeren. Dit is voor de bescherming van de plant tegen andere dieren. Het kruidje-roer-mij-niet heeft wel heel bijzondere bladeren. Als de bladeren worden aangeraakt, of als er harde wind staat, klappen de bladeren meteen dicht. Deze plant kan dus snel reageren met zijn bladeren en steeltjes, wat bijzonder is voor een plant.

Functie

Bladeren hebben verschillende functies bij planten. Hieronder staat een lijstje.

Fotosynthese

De bladeren van deze hosta zijn wit, wat betekend dat er geen bladgroenkorrels in zitten en dus kunnen de bladeren ook geen fotosynthese aanmaken.

De belangrijkste taak van een blad is het maken van fotosynthese. Wat is dit nou precies? Fotosynthese is een "proces" om energie te maken. Mensen en dieren maken energie aan door te eten, te drinken en te ademen. Planten hebben voor fotosynthese ook drie dingen nodig. Dat zijn water (via de wortels), koolstofdioxide (via de bladeren) en (zon)licht (via alle groene delen van een plant, waaronder de bladeren). Water stroomt door de hele plant en komt uiteindelijk terecht bij de bladeren. In de bladeren zitten cellen. Deze cellen nemen allemaal een klein beetje water op. Koolstofdioxide komt via de huidmondjes in de plant terecht. Deze huidmondjes zitten op de bladeren. Ze "ademen" koolstofdioxide in en zorgen dat er zuurstof naar buiten gaat. Zonlicht gaat vaak door het blad heen (ook als de cel niet aan de buitenkant ligt. Als deze drie stoffen er zijn, vindt er fotosynthese plaats. Maar waarom is dat precies nodig? Planten maken van die drie stofjes weer andere stofjes. Dit zijn zuurstof en glucose. Aan zuurstof heeft de plant niets en "ademt" de plant weer uit via de huidmondjes. Glucose is belangrijker. Glucose is namelijk voedsel voor de plant. Al het glucose dat er te veel is wordt omgezet in zetmeel en dit wordt opgeslagen in onder andere de wortels en de bladeren. Bladeren die veel zetmeel bevatten zijn wat donkerder van kleur dan de rest van de bladeren. Nieuwe bladeren zijn daarom ook wat lichter van kleur (ze bevatten minder zetmeel).

De mens maakt ook gebruik van glucose en zetmeel. Door het eten van groente en fruit krijgen we dit binnen. Daarnaast eten technisch gezien ook zetmeel en glucose als je vlees of vis eet. Een koe eet immers ook gras.

Verwijderen van afval

Twee bruine bladeren

Bladeren zijn ook belangrijk bij het verwijderen van afval. In de herfst vindt er in veel planten een soort van opruiming plaats. Alle afvalstoffen worden naar de bladeren verplaatst. Alle herbruikbare stoffen uit de bladeren (zoals zetmeel) worden uit de bladeren gehaald en in de rest van de plant opgeslagen. Ze doen dit aangezien veel planten hun blad toch verliezen.

In andere delen van het jaar kan dit ook gebeuren. Dit afhankelijk van het weer en welke soort plant het is. Er zijn natuurlijk ook planten die 's winters groen blijven. Deze planten verwijderen afval het hele jaar door, door middel van bladeren die vaak onderaan en binnenin de plant dood gaan.

Bij vleesetende planten

Bij vleesetende planten hebben bladeren nog een andere functie. De bladeren moeten namelijk insecten vangen. De bladeren bevatten een soort van zoete vloeistof, waar insecten graag op af komen. De bladeren klappen dicht of de insecten blijven eraan kleven. Voorbeelden van planten waarbij dit zo is, zijn de venusvliegenvanger en de zonnedauw.

Bladval in de herfst

Een bos in de herfst met verschillende herfstkleuren

Misschien wist je al dat in de herfst veel bomen kun bladeren laten vallen. Ook andere planten, zoals de hortensia, doen dit. Maar waarom? Zoals je weet komt na de herfst de winter. In de winter is het simpelweg te koud voor veel planten. Veel takken, stammen en wortels zijn goed bestand tegen de vorst en de kou, maar veel bladeren zijn dit niet. Als een blad zou bevriezen, zou dit slechts zijn voor de plant. Daarom laten veel planten hun bladeren vallen in de herfst als het al wat kouder wordt.

Maar waarom laat de ene plant zijn bladeren wel vallen en de andere plant niet? Dit heeft te maken met het soort plant. Alle planten hebben een soort van laagje gemaakt van was om hun bladeren hebben. Dit laagje dient als een soort van trui. Het helpt tegen temperatuursverschillen. Zo is de plant, na een nachtje vorst, niet meteen van slag. Hoe dik dit laagje is, verschilt per plant. Naaldbomen hebben hele dikke laagjes om hun naalden heen. Hierdoor kunnen ze 's winters groen blijven. Spaanse margrieten hebben dunnere laagjes, waardoor ze in Nederland en België niet al vroeg in de lente buiten kunnen worden gezet (in verband met de vorst). Spaanse margrieten komen in warme gebieden voor en zijn daar ook op aangepast, net als naaldbomen aan de koude gebieden.

Gebruik van bladeren

Eetbare bladeren

Basilicum is een kruid waarvan de bladeren voor allerlei gerechten worden gebruikt.

Er zijn vele soorten groentes en kruiden waarvan je het blad kan eten. Hieronder een paar voor beelden:

Stekken

Stekken is het vermeerderen van een plant, zonder behulp van zaadjes! Hoe kan dit? Veel plant kun je stekken door een stukje van een plant af te scheuren of af te knippen. Vervolgens leg je dit in een schaaltje met een beetje water of in de stekgrond. Uit dit stukje van de plant, groeit als het ware een nieuw plantje. Wat je precies van de plant kunt gebruiken bij het stekken, hangt van de plant af. Dit kunnen wortels, stengels, takken of bladeren zijn. Voorbeelden van planten die je kan stekken met bladeren zijn het kaaps viooltje, bepaalde soorten begonia's en kalanchoë. Veel tuinders gebruiken stekken om zo de eigenschappen van een bepaald soort plant te bewaren en om op een goedkope manier veel planten in één keer te kweken.

Plagen

Bladluizen halen water uit de planten door erin te prikken, wat schadelijk is voor de planten.

Er zijn allerlei plagen die bladeren kunnen aantasten. De bekendste plagen zijn de insecten. Zo eten bladluizen en rupsen gaten in de bladeren. Toch is niet ieder insect schadelijk voor de bladeren, zo zorgen lieveheersbeestjes er juist voor dat de bladluizen van de bladeren verdwijnen. Verschillende soorten schimmels zijn ook schadelijk voor de bladeren. Schimmels bestaan uit piepkleine draadjes die over de bladeren heen groeien. Hierdoor kunnen de huidmondjes niet meer goed kun werk doen, krijgt de plant minder koolstofdioxide en dat zorgt dat er weer minder fotosynthese kan plaatsvinden. Voorbeelden van deze schimmels zijn de meeldauw en de aardappelziekte. Tot slot kunnen virussen nog de bladeren, en soms ook de rest van de blad, aantasten. Toch is niet iedere plant even gevoelig voor plagen. Zo is sla is erg gevoelig voor insecten, terwijl andere plant dit niet zijn.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Blad_(plant)&oldid=720298"