Santiago de Compostella
| Santiago de Compostella (oude stad) | |
|
| |
|---|---|
| Verschillende bezienswaardigheden in Santiago de Compostella | |
| Land |  Spanje
|
| Plaats | Galicië |
| UNESCO-regio | Noord-Amerika en Europa |
| Eigenschappen | |
| Werelderfgoed sinds | 1985 |
| Status | Niet-bedreigd |
| Type | Cultuur |
| Meer informatie | www.unesco.org |
| Werelderfgoedlijst van UNESCO | |
Santiago de Compostella (Spaans en Galicisch: Santiago de Compostela) is de hoofdstad van de Spaanse autonome gemeenschap Galicië. De stad is vernoemd naar de heilige Sint-Jakobus. Volgens de legende bevindt zijn graf zich in de stad. Veel (katholieke) bedevaarders komen daarom ook naar de stad. Santiago de Compostella heeft zo'n 95.966 inwoners en ligt in de Galicische provincie A Coruña. Een groot deel van het centrum van de stad is bestempeld als werelderfgoed.
Geschiedenis
In de 4e eeuw was Santiago de Compostella een Romeinse begraafplaats. In de 5e eeuw werden de Romeinen echter verdreven door de komst van Germaanse volkeren. Hierdoor werden Galicië en Santiago de Compostella onderdeel van het koninkrijk van de Visigoten. Tussen 711 en 736 werd de stad belegerd door de Moren, maar de stad werd uiteindelijk onderdeel van het koninkrijk Asturië. In de 9e eeuw zouden volgens de bisschop de botten van Jakobus de Meerdere zijn gevonden. Dit leidde ertoe dat het koninkrijk Asturië door onder meer Karel de Grote werd erkend. De koning van Asturië maakte van de stad een spiritueel centrum en tijdens de 10e en 11e eeuw begonnen mensen zogeheten bedevaarten naar Santiago de Compostella te ondernemen. Hierdoor werd de stad erg belangrijk. In 1111 werd de stad de hoofdstad van het koninkrijk Galicië, maar later die eeuw zou dat koninkrijk opgaan in wat uiteindelijk Spanje werd. Gedurende de 10e en 11e eeuw vielen de Vikingen de stad ook aan, dat leidde tot grote vestigingswerken.
Vanaf de 12e eeuw begonnen christenen vanuit heel Europa bedevaarten te maken naar Santiago de Compostella. Hierdoor werd de stad na Rome de belangrijkste bedevaartsplaats. De stad bleef belangrijk tot aan de oorlogen van Napoleon Bonaparte. De relikwieën van de apostel werden toen verstopt in de kathedraal.
Bezienswaardigheden
Het kathedraal van Santiago de Compostella is de bekendste bezienswaardigheid van de stad. Hieronder zou zich het graf van Sint-Jakobus bevinden. Deze kerk werd gebouwd tussen 997 en 1211. Het kathedraal combineert verschillende bouwstijlen. Ook bevindt het grootste wierookvat ter wereld zich in de kerk. Een andere bekende bezienswaardigheid is het Pazo de Raxoi. Dit stadspaleis bevindt zich voor het kathedraal. Een andere bekende kerk is de Santa María a Real do Sar, dat een stuk kleiner en eenvoudiger is dan het kathedraal. De San Martín Pinario is het op een na grootste klooster van Spanje. Veel gebouwen van het klooster zijn gesloopt, maar onder andere de kapellen en de kerk staan nog overeind. In het klooster bevindt zich ook het museum voor de Religieuze Kunst.
Legende en bedevaartsoord
Volgens de legende ligt in het graf van Jakobus de Meerdere in Santiago de Compostella. Jakobus de Meerdere was een van de discipelen van Jezus Christus. Jakobus werd onthoofd in Judea en vervolgens is zijn lichaam overgebracht naar Santiago de Compostella. Dit gebeurde per boot. Zijn lichaam werd begraven op de berg Libredón. Over zijn graf is vervolgens een basiliek gebouwd. Jakobus is ook de patroonheilige van Spanje. Zijn feestdag is jaarlijks op 25 juli. Op deze dag is het feest in Spanje en vooral in Galicië en Santiago de Compostella wordt dit groots gevierd. In de stad zijn er grote feestelijkheden en veel bedevaarders komen ook naar de stad om de basiliek en het graf te bezoeken.
Deze bedevaarders komen echter niet alleen op 25 juli, maar het hele jaar door. Santiago de Compostella is een van de belangrijkste bedevaartoorden binnen het christendom. Door heel Europa zijn er zogeheten bedevaartsroutes naar de stad. De Pelgrimsroute naar Santiago de Compostella staat tevens op de werelderfgoedlijst. De route is bekend door het gebruik van de sint-jakobsschelp, dat het teken van de heilige Jakobus is. De Sint-Jakobschelp is ook veel te vinden aan de Galicische kust en is daar een bekend gerecht. Volgens de traditie brengen bedevaarders een steen mee van thuis en laten deze bij Cruz de Ferro achter. Hiermee doen ze (symbolisch) afstand van hun zonden; de dingen die ze fout gedaan hebben. Daarnaast zijn er nog andere tradities.
