Nederlandse Handel-Maatschappij
Nederlandse Handel-Maatschappij (NHM) | |
![]() | |
Gevelsteen Nederlandse Handel-Maatschappij | |
Opheffing | 3 oktober 1964, |
Oorzaak einde | Fusie tot Algemene Bank Nederland |
Oprichter | Koning Willem I |
Eigenaar | was beursgenoteerd |
Land | ![]() |
Locatie | Amsterdam |
Industrie | internationale handel |
Portaal ![]() |
De Nederlandse Handel-Maatschappij (NHM) zou je de opvolger van de Verenigde Oost-Indische Compagnie kunnen noemen. Het werd opgericht op 29 maart 1824 op initiatief van Koning Willem I. Doel was de "bevordering van handel, scheepvaart, scheepsbouw, visserij, landbouw en (het fabriekswezen)". In de praktijk kwam het er op neer dat er een expansie van de bestaande handel volgde door het inwinnen van gegevens en het zoeken naar nieuwe afzetgebieden, en financiering van industrie en scheepvaart. Door de verbondenheid met de Nederlandse regering speelde de NHM een belangrijke rol in het bevorderen van de handel tussen de Nederland en haar koloniën, met name Nederlands-Indië.
De NHM was in eerste instantie een import- en exportbedrijf. Nadat de handelmaatschappij in Zuid-Amerika, Mexico en het Midden Oosten zware verliezen had geleden, legde zij zich bijna uitsluitend toe op Nederlands-Indië. De handel bestond voornamelijk uit koffie, rietsuiker, indigo (blauw-paarse kleurstof), specerijen, tabak en enkele andere koloniale waren uit Nederlands-Indië. Later kwam er ook een monopolie (alleenrecht) op de invoer van opium.
Na de Belgische Revolutie van 1830 - die een economische crisis teweegbracht, dreigde de NHM bijna ten onder te gaan. Producten als thee, koffie, suiker en rubber hielden het bedrijf overeind. Door de import van zogeheten "katoentjes" (bedrukte lappen katoen) werden de bestaande textielcentra in met name Twente en Brabant gestimuleerd en die de overstap naar het gebruik van de schietspoel op een moderner weefgetouw maakten.
Klachten
Het boek Max Havelaar, of de koffieveilingen der Nederlandse Handelmaatschappij (1860) van Multatuli beschrijft voor een groot deel de slechte werkomstandigheden van de foute activiteiten van de NHM in Nederlands-Indië. Menigeen besefte dat dit een aanklacht was tegen de NHM.
Bank
Mede door de afscheiding van België in 1830 moesten er andere wegen worden ingeslagen. De zich langzaam wijzigende politiek ten opzichte van Nederlands-Indië dwong het bedrijf zich meer toe te leggen op de bankactiviteiten dan op handel en transport. Er werd vlak voor de Tweede Wereldoorlog een kantorennetwerk opgezet dat na de oorlog sterk werd uitgebreid, zowel binnen Nederland als daarbuiten. Hieruit zou de Algemene Bank Nederland (het latere ABN AMRO) voortkomen.
Landen
De Nederlandsche Handel-Maatschappij opende verschillende kantoren in landen wereldwijd:
Nederland (1824)
Nederlands-Indië (1826)
Straits Settlements (1858) voormalig
Nederlands-Malakka tot 1825
- Japan (1859 tot 1874)
Brits Hongkong (1889)
Brits-Indië (1920)
Saoedi-Arabië (1926)
Verenigde Staten (1941)
Pakistan (1948)
Suriname (1949)
Brits Kenia (1951)
Brits Tanganyika (1951)
Libanon (1954)
Brits Oeganda (1954)
Maleisië (1963)