Heelal
Dit artikel is genomineerd voor een WikiKids Award!
Stemmen kan op deze pagina »
|
![]() |
Over dit artikel en/of onderwerp bestaat er ook een portaal! Klik hier om het portaal te bekijken! |
Heelal (Universum) | |
![]() | |
Het Heelal alles in deze foto en jij en ik! | |
Info hemellichaam | |
---|---|
Leeftijd | 13,8 miljard jaar |
Aantal sterren | Meer dan 200 biljoen |
Afmeting | 150 sextiljoen kilometer |
Massa | Niet precies bekend |
Dichtheid | super laag |
Roodverschuiving | Ja (uitdijing van het heelal) |
Temperatuur (°K) | Gemiddeld 2,7 Kelvin of -270.8 Celsius |
Samenstelling | Gas, sterren, planeten, donkere materie |
Portaal ![]() |
Het heelal, ook het universum, de kosmos of de ruimte genoemd, is de oneindige zwarte ruimte waarvan de aarde deel uit maakt. Je ziet hem boven ons in de lucht. Als het donker is en je kijkt naar de hemel, dan zie je vaak de maan, en verder allemaal lichtpuntjes: dat zijn planeten in ons zonnestelsel en sterren daarbuiten.
Er zijn echt ongelofelijk veel sterren in het heelal, wel 200 biljoen (2000000000000000000000000)! Als wij ’s nachts naar de hemel kijken, lijkt het alsof de sterren van plaats veranderen. Dit is niet het geval. Wij zijn het zelf die meebewegen met de draaiing van de aarde en om haar denkbeeldige as.
Het heelal wordt al heel lang bestudeerd door astronomen (sterrenkundigen).
Onderzoek
Vroeger werd er gedacht dat de aarde plat was, en zelfs dat deze door schildpadden werd gedragen. Kan je het je voorstellen? Maar mensen geloofden hier wel in. Wel werd er veel over na gedacht, en over gediscussieerd.
Toen in 340 voor Christus, dus echt heel lang geleden, Aristoteles schreef in zijn boek dat de aarde wel bol moest zijn en geen platte schijf, begonnen er telkens weer nieuwe onderzoeken. Hij dacht dat de aarde wel bol moest zijn, omdat hij bijvoorbeeld al eens een schip op zee had gezien. Maar dat wanneer die bij de horizon kwam, je hem langzaam weg zag gaan. Hij zag hem niet van 'de plaat' afvallen. Ook hield hij de aller helderste ster, de Poolster, in de gaten. Hier aan merkte hij dat je de ster heel anders kon bewonderen vanaf verschillende plekken op de aarde. En wanneer de aarde plat zou zijn, zou dat niet heel veel verschil maken. Hij dacht alleen wel dat de aarde stil stond, en dat klopt natuurlijk niet helemaal.
Ptolemaeus was een man, die er in de tweede eeuw achter kwam dat de aarde wel draaide. Maar hij dacht dat de aarde eigenlijk het middelpunt van het zonnestelsel was. Dus dat er om de aarde heen, de maan, de zon, de sterren en wat planeten heen draaiden. We weten nu dat dat ook niet klopt, want de zon staat in het midden, en daar draait alles in het zonnestelsel omheen in het melkweg is Sagittarius A.
Copernicus kwam er in 1514 gelukkig achter dat de zon in het midden staat. Maar de banen die bijvoorbeeld een planeet of maan volgden, klopten nog niet helemaal.
In 1609 bestond de telescoop nog maar net. Je weet wel, zo'n soort verrekijker waarmee je naar de sterren kan kijken. Hier rechtsboven zie je een afbeelding van een telescoop. Hij keek hiermee naar de planeet Jupiter, en zag dat er om Jupiter ook weer manen draaiden.
Johannes Kepler kwam er op dat moment ook achter dat de planeten in ellipsen, en niet in cirkels, om de zon heen bewogen.
In 1687 kwam Isaac Newton erachter dat er zwaartekracht was op de wereld, en bedacht daar ook berekeningen voor. Maar ook in het heelal gebeurde er iets met de zwaartekracht volgens hem. Namelijk dat de zwaartekracht, de maan in een elliptische baan rond de aarde laat draaien en de planeten elliptische banen rond de zon laten afleggen. Dit noem je de Zwaartekracht theorie
In 1929, dus eigenlijk niet súper lang geleden, ontdekte Edwin Hubble iets. Namelijk dat veraf staande sterrenstelsels, in welke richting we ook kijken, allemaal erg snel van ons af bewegen. Dus eigenlijk wordt het heelal steeds groter. Dat betekent dat vroeger, alles in het heelal eigenlijk veel dichterbij elkaar was en het heelal dus veel kleiner was. in het begin, we schatten nu zo'n 13,8 miljard jaar geleden, zat alles enorm dicht op elkaar gepakt en alles was onvoorstelbaar klein en heet. En in 1927 schreef de Belgische priester Georges Lemaitre over zijn theorie van de oerknal, dat het heelal kon zijn ontstaan vanuit één punt.
Nog steeds zijn er veel onderzoeken en door steeds betere telescopen kunnen de astronomen ook steeds meer ontdekken. Er bestaan tegenwoordig zelfs ruimtetelescopen, waarvan de Hubble en de James Webb de bekendste zijn.
Het ontstaan van het heelal
Wetenschappers dachten aan het begin van de 20e eeuw dat het universum altijd even groot is geweest. In 1927 kwam de Belgische priester Georges Lemaitre met het idee dat het heelal steeds groter wordt. Hij kwam op het idee vanwege allerlei metingen, waaruit bleek dat sterrenstelsels steeds verder van ons af kwamen te staan. Maar als het heelal steeds groter wordt, moet het vroeger kleiner zijn geweest. Zo kwam hij op het idee dat het eens ongelofelijk klein moet zijn geweest, een soort oeratoom. Hij noemde dat een "kosmisch ei". De beroemde geleerde Einstein wilde zijn theorie niet geloven, maar hij wist zich later te overtuigen door Lemaitre.
Theorie van de oerknal (big bang)

Nu denken wetenschappers dat het heelal is begonnen met de oerknal, ook wel de big bang genoemd, die zo'n 13,7 miljard jaar geleden plaatsvond, Dat is een enorme knal (eigenlijk geen echte knal en hij was ook niet groot) geweest.
Wat er daarvoor was weet niemand precies. Sommige wetenschappers zeggen dat er daarvoor helemaal niks was en er dus ook niet zoiets was als de tijd en ruimte zoals we die nu kennen. Omdat voor veel mensen het niet voor te stellen is dat er eens geen tijd en geen ruimte was, zijn er allerlei nieuwe theorieën verzonnen. Zo zou er misschien voor de oerknal een ander heelal kunnen hebben bestaan waar het heelal van nu uit zou zijn ontstaan. Dit zou zelfs een deel van een cyclus zonder begin of einde kunnen zijn. Het zou ook kunnen dat er meerdere heelallen zijn, een zogenaamd multiversum. In die theorie zouden er vele oerknallen hebben plaatsgevonden en vinden die nog steeds plaats. Waar de energie vandaan kwam en hoe het mogelijk is dat de "knal" precies hard genoeg was, is onbekend.
Multiversum (Theorie)
De multiversumtheorie zegt dat ons heelal niet het enige is. Er zouden veel andere heelallen kunnen bestaan – misschien wel oneindig veel! Die andere heelallen kunnen totaal anders zijn dan het onze. In één daarvan zou bijvoorbeeld de zwaartekracht sterker kunnen zijn, of zouden sterren helemaal niet bestaan.
Als deze theorie klopt, dan is ons heelal maar één belletje in een schuimbad vol andere bellen. Elk belletje is dan een ander universum.
Wat dit betekent voor het einde van ons heelal? Misschien eindigt ons heelal ooit, maar blijven de andere gewoon bestaan. Of misschien ontstaat er na ons weer een nieuw heelal in het multiversum. Wetenschappers zijn het hier nog lang niet over eens, maar het is een spannend idee!
Schwarzschild-kosmologie (Zwarte Gaten Heelal Theorie)
De Schwarzschild-kosmologie is een bijzondere theorie die zegt: ons hele heelal zit misschien ín een zwart gat. Dat klinkt vreemd, maar het werkt zo:
Als een zwart gat heel groot is, zou binnenin de ruimte zich kunnen uitstrekken – net zoals in ons heelal. Wij zouden dan leven binnen de horizon van dat zwarte gat, zonder dat we het weten.
Deze theorie zegt ook dat misschien álle heelallen ontstaan binnenin zwarte gaten van andere heelallen. Dus elk zwart gat in ons universum zou dan een soort “doorgang” kunnen zijn naar een nieuw heelal!
Wat betekent dit voor het einde? Het zou kunnen dat als ons zwart gat (ons heelal dus) instort of wordt afgesloten, ons heelal stopt te bestaan. Of... het wordt onderdeel van weer iets groters.
Geschiedenis van het heelal
Na de oerknal waren er vier fundamentele krachten: de zwakke kernkracht, de sterke kernkracht, de elektromagnetische kracht en de bekende zwaartekracht. Die laatste is de allerzwakste kracht. Als hij het sterkst zou zijn, zou hij elektronen van protonen scheiden (sterke kernkracht), radioactief verval veroorzaken (zwakke kernkracht) en een koelkastmagneet (elektromagnetische kracht) overwinnen.
Omdat de ene kant van het zichtbare heelal sterk op de andere lijkt, denken wetenschappers dat er in het begin van het heelal een enorme inflatie ontstond. Het heelal dijde sneller dan het licht uit. Na de eerste 3 minuten was het heelal bezaaid met protonen, elektronen en neutronen. De protonen fuseerden met de neutronen en zo ontstonden simpele waterstof en heliumatomen, maar voor de elektronen was het nog te heet om erbij te komen. Het duurde 380.000 jaar totdat het heelal zoveel was afgekoeld dat de elektronen erbij kwamen. Voor die tijd konden fotonen (deeltjes van het licht) niet reizen door al die elektronen. Daarna kon het licht dat wel. Het heelal was toen bezaaid met gas en stof. De zwaartekracht zorgde ervoor dat deze stoffen in elkaar drukten, een compacte massa vormden en sterren vormden. Die sterren waren een soort ruimtestof-stofzuigers. Ze waren enorm, misschien meer dan 1000 keer zo zwaar als de zon. Toen deze sterren als supernova explodeerden, ontstonden er zwarte gaten. Er vormde zich steeds meer gas rond deze stofzuigers. Vanuit dat gas ontstonden er kleine sterrenstelsels. Deze sterrenstelsels fuseerden en vormden grotere stelsels, zoals de Melkweg.
Sterrenstelsels

Een sterrenstelsel is een grote verzameling van sterren, sterrenhopen, gasnevels, stofwolken etc. De Melkweg, waarin onze zon, aarde, maan enz., ons zonnestelsel dus, zich bevinden, is zo'n sterrenstelsel. Er zijn er oneindig veel van.
Sterrenstelsels hebben tussen de 1 miljard en 1 biljoen sterren. Ze worden ingedeeld naar hun vorm: spiraalvormig, elliptisch, onregelmatig en lensvormig.
Verschillende typen sterrenstelsels
- Bij een spiraalvormig stelsel veroorzaken de verschillende omloopsnelheden van de sterren de vorming van spiraalarmen. De Melkweg is zo'n spiraalvormig stelsel.
- Een elliptisch stelsel bevat vaak oude sterren. Dit stelsel kan bolvormig of langgerekt zijn.
- Onregelmatige stelsels zijn anders dan de vorige twee. Zo'n stelsel vertoont tekenen van vervorming. Dit komt door de zwaartekracht van nabije sterrenstelsels. Er kan ook een botsing geweest zijn met een ander stelsel.
- Lensvormige stelsels zijn oude spiraalstelsels, maar de vorm van de spiraal is verdwenen.
De Melkweg

Wij wonen met onze zon, de aarde en alle andere planeten in een groot sterrenstelsel dat de Melkweg heet. Als je 's nachts naar de sterrenhemel kijkt, zie je soms een melkachtige baan van licht dat zijn héél veel sterren bij elkaar. De Melkweg is als een enorme draaikolk van sterren, stof en gas.
Volgens natuurkundige Robbert Dijkgraaf zitten er in de Melkweg wel 100 miljard sterren. En onze zon is daar dus maar eentje van! Misschien draaien er rond al die sterren ook planeten, net zoals bij onze zon.
Wat zijn sterren?

Eigenlijk zijn sterren grote gloeiende gasbollen. Een ster geeft licht en warmte. Onze eigen zon is ook een ster, alleen staat hij heel veel dichterbij dan de andere sterren. In de kern van een ster komen enorme hoeveelheden energie vrij doordat waterstof in helium verandert. Dat gebeurt dus ook in onze Zon. Wij zien het licht en voelen de warmte.
Alleen de helderste sterren kun je zien. De meeste sterren die we vanaf de Aarde zien staan in onze eigen Melkweg.
Hoe ontstaan sterren?
Sterren ontstaan vanuit enorme nevels. Dit zijn enorme wolken van waterstof, helium en microscopisch stof. Het midden van de nevel wordt steeds heter terwijl hij krimpt en zo ontstaat er een nieuwe ster. Er worden op die manier grote en kleine sterren gevormd. Grote sterren leven honderden miljoenen jaren terwijl kleine sterren miljarden jaren leven. Kleine sterren leven dus langer.
Verschillende soorten sterren
Er zijn meervoudige- en veranderlijke sterren.
Meervoudige sterren zijn vaak vier sterren die bij elkaar gehouden worden door de zwaartekracht en rond hun massamiddelpunt roteren. Wanneer dit bij twee sterren gebeurt, heet dit een dubbelster.
Veranderlijke sterren zijn sterren waarvan de helderheid door de jaren heen verandert. De ene keer is de helderheid heel sterk en de andere keer heel zwak.
Sterrenhopen
Sterren die bij elkaar staan in groepen en die behoren tot een sterrenstelsel noemen we sterrenhopen. Er zijn open- en bolvormige sterrenhopen.
Open sterrenhopen bestaan uit enkele tientallen of honderden jonge sterren. De sterren hierin worden bij elkaar gehouden door de zwaartekracht. Deze sterren zijn bijvoorbeeld te vinden in de spiraalarmen van de Melkweg.
Bolvormige sterrenhopen zijn hopen die bestaan uit 10.000 tot een miljoen oude sterren. Ook deze sterren worden door de zwaartekracht bij elkaar gehouden. Deze zijn ook te vinden in de Melkweg, maar volgen hun eigen baan.
Nevels

Nevels zijn enorme wolken van gas en stof in de ruimte. Je kunt ze zien als de "wolkjes" van het heelal. Soms ontstaan er in een nevel nieuwe sterren, en soms is een nevel juist het overblijfsel van een ster die is ontploft dat noem je een supernova!
Er zijn verschillende soorten nevels:
- Orionnevel – Dit is een hele bekende nevel die je zelfs met een telescoop vanaf de aarde kunt zien. Hier worden nieuwe sterren geboren!
- Krabnevel – Deze nevel is ontstaan nadat een ster is ontploft. Dat noem je een supernova.
- Adelaarsnevel – Deze is beroemd door een foto van de "Pilaren van de Schepping", waar je kunt zien hoe sterren ontstaan.
Nevels kunnen duizenden lichtjaren groot zijn en zijn vaak heel kleurrijk als je er foto's van maakt met speciale telescopen.
Telescopen

Om het heelal beter te kunnen onderzoeken, gebruiken sterrenkundigen telescopen. Een telescoop is een soort supersterke verrekijker waarmee je dingen kunt zien die héél ver weg zijn, zoals sterren, planeten en sterrenstelsels. Die op een afstand staan van 15 miljoen lichtjaar. Er is ook een telescoop in Argentinië die is stuk voor stuk de hele ruimte aan het fotograferen om een kaart te krijgen van het heelal.
Er zijn twee soorten telescopen:
- Grondtelescopen: die staan op aarde, meestal op een berg of op een plek waar het donker en droog is.
- Ruimtetelescopen: die zweven in de ruimte, buiten de dampkring van de aarde. Zo zien ze geen last van wolken of lichtvervuiling.
Dwingeloo-telescoop
In Nederland staat de Dwingeloo-radiotelescoop. Die staat in het dorpje Dwingeloo in Drenthe. Het is een radiotelescoop, dat betekent dat hij geen licht ziet, maar radiogolven opvangt uit de ruimte. Hij werd gebouwd in 1956 en was toen één van de grootste ter wereld! Vandaag de dag wordt hij nog steeds gebruikt, onder andere door studenten en vrijwilligers.
Hubble-ruimtetelescoop
De Hubble-telescoop werd in 1990 gelanceerd en draait om de aarde. Hij heeft prachtige foto's gemaakt van sterrenstelsels, nevels en sterren. Omdat Hubble in de ruimte zweeft, kan hij veel scherper zien dan telescopen op aarde. Dankzij Hubble hebben we veel geleerd over het ontstaan van sterren en het uitdijen van het heelal.
James Webb-ruimtetelescoop
De James Webb Space Telescope (kortweg JWST) werd in 2021 gelanceerd en is de opvolger van Hubble. Hij kijkt nóg verder terug in de tijd, tot bijna het begin van het heelal. James Webb kan infraroodlicht zien, wat betekent dat hij dingen kan bekijken die Hubble niet kon zien, zoals sterren die net geboren zijn of planeten bij verre sterren.
Zwarte gaten

Nadat sterren als supernova exploderen, ontstaan er zwarte gaten. Zwarte gaten zuigen alle materie om zich heen naar zich toe; slokken die zelfs op. Ook in het midden van ons sterrenstelsel (de Melkweg) is zo'n groot zwart gat. Om zo'n zwart gat gaat zich steeds meer materie verzamelen. Daaruit ontstaan weer nieuwe sterren.
Sterrenbeelden

Een sterrenbeeld is een denkbeeldige figuur die wordt gezien wanneer er lijnen getrokken worden tussen verschillende heldere sterren. Deze figuren werden geïdentificeerd met karakters uit de (Griekse) mythologie. Er zijn ongeveer 88 sterrenbeelden zichtbaar. De bekendste zijn de twaalf sterrenbeelden van de dierenriem. Dit zijn: Ram, Stier, Tweelingen, Kreeft, Leeuw, Maagd, Weegschaal, Schorpioen, Boogschutter, Steenbok, Waterman en Vissen.
De sterrenbeelden van de dierenriem zijn toegekend aan de plaats van de zon op het tijdstip van iemands geboorte. Wanneer je bijvoorbeeld in de eerste week van januari geboren werd, stond de zon in het sterrenbeeld Steenbok. De sterrenbeelden zouden volgens de astrologie van invloed zijn op je persoonlijkheid.
Vroeger werd er in de zeevaart genavigeerd op sterren en sterrenbeelden. Zo gaf de Poolster het noorden aan.
Wat is een exoplanetair stelsel?
Het exoplanetair stelsel is het gebied van het heelal dat onder invloed van de zwaartekracht van een ster. Het wordt beheerst door één ster. De ster is het belangrijkste element van een exoplanetair stelsel. Daar omheen draaien planeten, Elk in een eigen baan. Deze planeten komen verderop aan bod. Om planeten draaien dan soms weer manen, zoals de maan die om de aarde draait.
Hoe onstaat exoplanetair stelsel?
Het exoplanetair stelsel is ontstaan uit een reusachtige wolk gas. Deze wolk trok zich samen waardoor het een platte, ronde schijf werd. De schijf begon steeds harder te draaien, terwijl hij kleiner werd. Het centrum werd warmer en dichter. In de delen van de schijf die er het dichtst omheen lagen, ontstonden steenachtige- en metalen deeltjes. Na lange tijd ontstonden met die steen- en metaaldeeltjes planetesimalen. Dit zijn kleine opeenhopingen van die deeltjes en die hebben afmetingen van een paar kilometer.
Hoe ontstaat een exo-planeten?
De meeste exo-planeten ontstaan wanneer een moleculaire wolk instort, waardoor een jonge ster ontstaat. Een deel van het stof en gas dat dan overblijft, vormt een schijf rondom de jonge ster. In de miljoenen jaren daarna botsen de deeltjes stof en gas die in de schijf tegen elkaar. De deeltjes klonteren daardoor samen tot steeds grotere objecten. Hieruit ontstaat dan uiteindelijk een nieuwe planeet. Om heel veel sterren draaien, net als bij onze zon, planeten. Er worden er door de astronomen steeds meer ontdekt.
De vorming van een planeet wordt beïnvloed door onder andere temperatuur en turbulentie. Dit kan ervoor zorgen dat de deeltjes minder goed aan elkaar blijven zitten. Hierdoor duurt het langer voordat de planeet ontstaat.
Welke planeten zijn er in ons zonnestelsel?
Het zonnestelsel telt acht officëel erkende planeten.
Vroeger hoorde Pluto ook bij de planeten en was dit de negende planeet. Nu wordt het echter gerekend als een dwergplaneet. Ook is er nog een planeet waarvan het niet zeker is dat hij bestaat, namelijk Planeet X.
Wanneer wordt exo-planeet als planeet gezien?
Zoals eerder gelezen, bestaat ons sterrenstelsel uit planeten en dwergplaneten. Pluto is in 2006 benoemd tot dwergplaneet in plaats van een planeet. Een planeet moet voldoen aan drie voorwaarden:
- hij draait in een baan rond de ster.
- hij heeft voldoende massa zodat hij een bijna ronde vorm krijgt.
- hij heeft in de omgeving van haar baan andere objecten van de kaart geveegd (verdrongen).
Hoe weten we dit allemaal?
De hemellichamen (o.a. planeten, manen, asteroïden en kometen) zenden radiogolven uit, die astronomen met speciale meetapparatuur kunnen opvangen. In Exloo staan in een veld enorm veel antennes die een netwerk met elkaar vormen. Samen vangen ze radiogolven op die door een computer omgezet worden in beelden. De antennes staan in een gebied van 150 km2 en niet alleen in Nederland, maar ook in België, Zweden, Duitsland, Frankrijk en Zweden.
De Hubble-telescoop zorgt ook voor unieke plaatjes van het heelal. De Hubble kan heel erg ver kijken, maar ziet slechts een heel klein deel van het heelal. Wat hij ziet is enorm scherp, dit komt door het ontbreken van de aardse atmosfeer in de ruimte. Hubble heeft nu al foto's gemaakt die tussen de 12 en 14 miljard jaar oud zijn, hij kan al bijna tot aan de Big Bang kijken.
Theorieën hoe het heelal zal eindigen
Wetenschappers vragen zich al lang af hoe het heelal ooit zal eindigen. Net zoals het heelal ooit is begonnen met de oerknal, kan het ook een einde hebben. Er zijn verschillende theorieën over hoe dat zou kunnen gaan. Sommige zeggen dat het heelal in elkaar stort, andere dat het blijft uitdijen tot alles koud en donker wordt.
Hieronder staan theorieën van wetenschappers over het einde van het heelal:
Grote-inslaghypothese (Big Crunch)
Volgens deze theorie zal het heelal op een dag stoppen met uitdijen. Dan draait alles om, en trekken alle sterrenstelsels elkaar weer aan. Uiteindelijk stort het hele heelal ineen tot één klein punt — net zoals bij de oerknal, maar dan andersom. Dat wordt de Grote Inslag genoemd.
Hitte-dood (Big Freeze)
Deze theorie zegt dat het heelal voor altijd blijft uitdijen. Alles wordt dan steeds kouder en leger. Op een dag zullen sterren doven, zwarte gaten verdwijnen en blijft er niets over dan kou en leegte. Dit wordt ook wel de hitte-dood genoemd.
Grote Scheuring (Big Rip)
Volgens deze theorie wordt de donkere energie steeds sterker. Die duwt sterrenstelsels van elkaar weg. Op een dag wordt die kracht zó sterk dat zelfs sterren, planeten en atomen uit elkaar getrokken worden. Het heelal scheurt dan letterlijk uit elkaar!
Hieronder staan Theorieëen van sommigen mensen over het einde van het heelal:
Simulatiehypothese
Sommige mensen denken dat het heelal een soort computersimulatie is, zoals een videogame. Als dat zo is, dan eindigt het heelal als de "computer" wordt uitgezet of crasht. Het is geen wetenschappelijk bewezen theorie, maar wel spannend om over na te denken.
Holografisch universum
Volgens deze theorie is alles in het heelal een soort hologram: een 3D-beeld van iets wat eigenlijk op de rand van het heelal "geschreven" staat. Als die informatie aan de rand verdwijnt of stopt, verdwijnt ook ons heelal. Maar dit is nog heel moeilijk te bewijzen.
Braneworldtheorie
Deze ingewikkelde theorie zegt dat ons heelal leeft op een soort vlies ("brane") in een groter meerdimensionaal universum. Het einde kan komen als een ander "vlies" tegen het onze botst. Dat zou alles in één keer vernietigen. Best eng idee!
Galerij
Videoclip
Bronnen
- Websites
- http://www.allesoversterrenkunde.nl/actueel/nieuws/_detail/gli/nieuwe-draai-aan-het-ontstaan-van-aarde-en-maan/
- http://hemel.waarnemen.com/
- http://www.astronomie.nl/
- https://www.spacepage.be/artikelen/het-zonnestelsel/de-planeten/algemeen/wat-is-een-planeet
- https://www.eoswetenschap.eu/ruimte/de-8-planeten-ons-zonnestelsel
- https://www.natuurkunde.nl/artikelen/2047/het-ontstaan-van-sterren-en-planeten
- https://www.urania.be/astronomie/sterrenkunde/zonnestelsel
- https://zenitonline.nl/wat-is-de-temperatuur-op-andere-planeten-en-hemellichamen/
- https://www.astronomy.com/science/astro-for-kids-how-many-stars-are-there-in-space/
- Boeken
- Heuvel, E. v. (2012). Oerknal, Oorsprong van de eenheid van het heelal. Diemen: Veen Magazines.
- Levy, D. (2007). Sterren en planeten. Engeland: Bonnier Books.
- Rees, M., & Beekman, G. (2007). Heelal. Den Haag : ANWB.
- Tildsley, K. (2011). Pocket Nature Night Sky. London: Dorling Kindersley Limited.
- Film
- Dijkgraaf, R. (2012, mei 17). De oerknal. De oerknal. De Wereld Draait Door University.